De sporen van Mumbai

De sporen van Mumbai

Zo’n vijfentwintig jaar geleden reed ik voor het eerst per trein door Mumbai, toen nog Bombay geheten. Een klein stukje maar. Ik was in Churchgate station opgestapt en plofte neer op de harde bank van een eerste klas rijtuig.
Binnen luttele ogenblikken stroomde de coupé vol met medepassagiers. nooit eerder had ik zó veel mensen samengeperst gezien in zo’n kleine ruimte. ‘Hoe kom ik hier ooit weer uit?!’

tekst | Lodewijk Brunt

Ik besefte opeens dat ik hier als doorgewinterde grootstedeling machteloos tegenover stond. Ik voelde me overweldigd en kwam pas tot mezelf toen ik een paar stations verder weer op het perron stond. Hoe ik de trein uitgekomen ben? Ik weet het niet meer. Ik was op stap met een ervaren treinreiziger, hij moet me hardhandig met zich hebben meegesleurd.

Inmiddels ben ik zelf een ervaren reiziger en heb ik honderden keren met de trein door Mumbai gereden. Langzaam maar zeker heb ik een beetje greep gekregen op het spoorwegstelsel waarover al decennialang door iedereen wordt beweerd dat het eigenlijk niet kan bestaan.

Indian Railways

Het lokale treinverkeer in Mumbai is in handen van twee verschillende spoorwegmaatschappijen die onderdeel uitmaken van Indian Railways, dat een van de grootste bedrijven ter wereld is met meer dan een miljoen werknemers.

Western Lines beheert de noord-zuidlijn tussen Churchgate en het noordelijke station Dahanu Road, op een afstand van ongeveer 125 km. Aan deze lijn, die het schiereiland Mumbai overdwars doorsnijdt en de stad verdeelt in west en oost, liggen tientallen stations. Central Lines, gaat over drie lijnen tussen het centrum en de noordoostelijke voorsteden, inclusief New Bombay. Het centrale kopstation van Central Lines is VT, oftewel Victoria Terminus, dat onder invloed van het hindoefundamentalisme is omgedoopt tot Chhatrapati Shivaji Terminus (CST), een naam die ik nog nooit iemand heb horen noemen. VT en Churchgate liggen op loopafstand van elkaar in het drukke Zuid-Mumbai.

Victoria Terminus

Het door Frederick William Stevens ontworpen VT is een meesterstuk van wat wel ‘Byzantijnse’ architectuur wordt genoemd, gelegen tegenover het eveneens door Stevens ontworpen gemeentehuis.

Per dag vinden er in Mumbai meer dan tweeduizend ritten plaats, het dienstrooster staat alleen nog uitbreiding toe tussen twee en vier uur ’s nachts. Op sommige routes rijden de treinen op ongeveer drie minuten van elkaar, uit veiligheidsoogpunt de uiterste grens van het toelaatbare.

Want ook de interlokale treinen rijden over de rails, en iedere dag rijden er bovendien speciale treinen, zoals de Ladies’ Special - exclusief voor vrouwelijke passagiers - die ’s ochtends van noord naar zuid rijdt en ’s avonds weer terug. Het risico van ongelukken is groot, de stad is bezaaid met gelijkvloerse spoorwegovergangen en op grote delen van het traject liggen maar twee sporen; als er ook maar iets gebeurt, staat alles stil.

Zoals Western Lines (naast de lokale treinen) de interlokale treinen naar de noordelijke deelstaten regelt, doet Central Lines dit met de interlokale treinen naar het oosten en zuiden van India. De stationshal van VT zit dag en nacht volgepakt met reizigers - net aangekomen of wachtend op hun trein die misschien wel twee dagen vertraging heeft. Hele families liggen te slapen, venters prijzen hun waar luidruchtig aan, schoenpoetsers slaan met hun borstels hun karakteristieke ritme, politiemensen schuiven wat slapers aan de kant, kruiers banen zich een weg met stapels koffers op het hoofd. Voor de loketten staan eindeloze rijen passagiers te wachten, op kaartjes of informatie. De stationshal is groter dan een kathedraal, een ideale plek voor het menselijk drama.

Stedelijke slagader

De lokale trein is de levenslijn van de stad. In het zuiden van de stad, de fort area, woont bijna niemand, want daar is grootste werkgelegenheid geconcentreerd; van banken tot aan de vissersvloot.

Iedere ochtend reizen honderdduizenden werknemers van de noordelijke en oostelijke voorsteden naar hun werk, en ’s avonds weer terug. Zonder deze arbeidskrachten zou de stedelijke economie instorten. Maar de ‘slagader’ van de stad is steeds verder verstopt geraakt, ondanks verwoede pogingen tot decentralisatie van de werkgelegenheid. Voorlopig heeft dit ertoe geleid dat verstoppingen zich niet alleen meer in het zuiden voordoen, maar ook steeds meer bij voorsteden als Andheri, Dadar, Worli, Bandra en zelfs Borivali, aan de grens van ‘Groot Mumbai’.

Reizen op z’n Indiaas

Per dag reizen meer dan zes miljoen mensen met de lokale trein heen en weer, ongeveer de helft van het totale aantal treinpassagiers in heel India.

Een onvoorstelbare hoeveelheid. Van hogerhand is bepaald dat iedere lokale trein met een maximale capaciteit - een locomotief plus twaalf wagons - ongeveer tweeduizend passagiers kan vervoeren. In iedere coupé staat vermeld hoeveel zit- en staanplaatsen er beschikbaar zijn. In de praktijk is het aantal reizigers ruim vijfduizend per trein. Alleen in de vroege ochtend of ’s avonds laat zijn op bepaalde trajecten de treinen betrekkelijk rustig, op alle andere tijdstippen puilen ze, letterlijk en figuurlijk, uit. Hele trossen passagiers hangen bij de deuropeningen (die alleen in de regentijd dicht gaan) half naar buiten, soms schijnbaar alleen nog met de vingertoppen vastgeklemd aan richeltjes en andere uitsteeksels.

Onderweg laat er soms iemand los en valt uit de trein of slaat met zijn hoofd tegen een seinpaal. De laatste keer dat ik informeerde, kwamen er dagelijks gemiddeld vier reizigers op zo’n manier aan hun eind. Maar het aantal doden met de lokale trein is nog hoger. De rails worden alom gebruikt als openbaar toilet en hoe onwaarschijnlijk het ook mag lijken: door het lawaai van de grote stad hoor je niet altijd een trein aankomen als je rustig je behoefte zit te doen. Langs grote delen van het traject zijn de sloppenwijken van de stad opgerukt tot op enkele decimeters van de rails - een klein verlies van concentratie is fataal. De levenslijn stopt.

Rondreizen India.

Lodewijk Brunt is emeritus hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Amsterdam. Hij kreeg tijdens zijn studie belangstelling voor India en bezocht het land vele malen. Hij heeft een tijd in Mumbai gewoond en schreef hier talloze verhalen over waaronder het boek 'Een maniakale stad', uitgegeven bij Boom in 2002.