Unicef op reis met Djoser

Unicef op reis met Djoser

Zoals velen die dit magazine lezen, was ik op reis met Djoser. Een bijzondere reis naar Nepal. Al meer dan twintig jaar hebben Djoser en UNICEF Nederland een prachtig partnerschap. Deze reis, samen met onze vrienden van Djoser, liet de mooie resultaten van onze samenwerking zien voor kinderen in dit land.

tekst | Jan Bouke Wijbrandi
Algemeen directeur UNICEF Nederland

Nepal, het land van de schitterende natuur en de indrukwekkende witte toppen van de Himalaya. Het land met de bijzondere mensen, de rijke historie en kleurrijke cultuur. Maar ook een straatarm land, één van de armste ter wereld. Meer dan de helft van de bevolking leeft onder het bestaansminimum. Kinderen onder de achttien vormen meer dan 40 procent van de bevolking. UNICEF richt zich op deze kinderen, met concrete activiteiten om ze een goede en gezonde toekomst te geven. Daarbij gaat het over zaken die hier heel gewoon zijn, maar in Nepal niet: gezondheidszorg, onderwijs en bescherming tegen misbruik en geweld.

NAAR DE KLINIEK

We reizen met een klein vliegtuig naar West-Nepal. UNICEF helpt hier de armste en meest kwetsbare kinderen. Vaak wonen zij in afgelegen gebieden in de bergen. Dat betekent dat we lang in de auto zitten om het gebied te bereiken. We bezoeken een kleine kliniek in Kuchhi. Verpleegkundigen en vrijwilligers vertellen hun verhalen en tijdens een rondleiding in de kliniekhoren we hoe het ervoor staat in het land. Mensen moeten soms wel een dag lopen naar de kliniek. Zwangere vouwen worden gedragen. Een ambulance is er niet. Een groep vrouwen werkt als vrijwilliger en bezoekt de gezinnen in de bergen. Ze geven voorlichting over voeding en hygiëne. Ze vragen hiv-positieve zwangere vrouwen naar de kliniek te komen voor hulp, zodat hun kind gezond ter wereld kan komen. Ondervoede kinderen krijgen bijvoeding en alle kinderen moeten worden ingeënt tegen dodelijke kinderziektes. Het is onvoorstelbaar wat we kunnen bereiken met eenvoudige middelen.

IEDEREEN IS INGEËNT!

De volgende dag rijden we door de bergen naar Jalpadevi. We arriveren een uur te laat (niets aan te doen in Nepal). Op een groot veld in het dorp zitten honderden mensen in de zon op ons te wachten. Er is namelijk iets te vieren: alle kinderen in de wijde omgeving van het dorp zijn ingeënt.
Vrouwengroepen dansen. De directeur van het districtsziekenhuis en politici houden lange toespraken. Wij feliciteren iedereen. Wat in Nederlandse consultatiebureaus heel gewoon is, is in Nepal een uitzonderlijke prestatie. Kinderziektes zoals mazelen worden teruggedrongen, en daarmee ook kindersterfte. Vrijwilligers krijgen een diploma. De bijeenkomst duurt een paar uur. Tijd vinden ze in Nepal niet zo kostbaar als wij in Nederland.

DE KRACHT VAN KINDEREN

Op papier hebben alle kinderen in de wereld rechten, in de praktijk vaak niet. Kinderarbeid en kinderhandel komen in Nepal veel voor. Jonge meisjes van vijftien, zestien jaar worden uitgehuwelijkt. Nog steeds worden menstruerende vrouwen verbannen naar een hutje achter het huis. We speken met groepen vrouwen en vrijwilligers die opkomen voor de rechten van hun kinderen. Zij willen niet dat die hetzelfde meemaken als zijzelf. Krachtige vrouwen, die hun duidelijke mening geven. Ze spreken de mannen aan op hun verantwoordelijkheden. We horen hoe kinderen met kracht opkomen voor hun eigen rechten en veiligheid. Groepen meisjes gaan naar de ouders van een vriendinnetje dat uitgehuwelijkt wordt. Want dat mag niet! Klasgenootjes bezoeken de leraar als een meisje niet wordt toegelaten op school omdat ze te arm is. In de stad Nepalganj in West-Nepal is er een kindernetwerk, met gekozen meisjes en jongens uit de verschillende buurten. We wonen een vergadering bij met de burgemeester. Shweta Tiwari is vice-voorzitter. Ze is tien jaar en ging niet naar school wegens de armoede. Nu wel. Ze vertelt dat de kinderen met de gemeente onderhandelen over onderwijs. Wat zijn de beste schooltijden voor kinderen die ook moeten werken? Ze bespreken de rechten van kinderen en de veiligheid in de buurten. Zo werken kinderen zelf aan hun rechten. UNICEF steunt deze groepen van harte. Want de ontwikkeling van Nepal begint bij de mensen zelf, en vooral de kinderen. Zij hebben de toekomst.

BIJZONDERE REIS

We hebben een bijzondere reis gemaakt door Nepal. We zagen het werk van UNICEF. Het is geweldig dat we in een land als Nepal met zo weinig middelen zoveel kunnen bereiken. Kinderen die hun prikken krijgen. Kinderen die naar school gaan. Maar het meest indrukwekkende is dat kinderen daar zelf alles aan doen. Tegen armoede en verdrukking in. Wat een voorrecht om hieraan te morgen werken, samen met Djoser.
Dank aan Djoser en alle reizigers die bijdragen aan ons partnerschap!

Wat doet UNICEF in Nepal

In Nepal is UNICEF actief op diverse gebieden. Samen met de overheid zorgt UNICEF ervoor dat altijd de juiste zorg beschikbaar is, ook voor de gezinnen die in moeilijk bereikbare gebieden wonen. Lokale mensen worden getraind als gezondheidswerkers, zodat er altijd iemand in de buurt is om zieke moeders en kinderen te helpen of naar de gezondheidspost te verwijzen. Daarnaast wordt prenatale en postnatale zorg verbeterd en toegankelijker. Ook wordt de kwaliteit van de zorg verbeterd, niet alleen rond de geboorte van een kind, maar ook in de jaren erna. UNICEF richt zich hierbij ook op de preventie van ziektes, het verbeteren van de hygiëne en het tegengaan van ondervoeding.
Er is dus nog veel werk te doen in Nepal. Met steun van Djoser en de reizigers kan UNICEF goede stappen maken op dit gebied. Het land heeft ondanks de moeilijke situatie de afgelopen jaren nog meer goede resultaten geboekt. Het aantal mensen dat onder de armoedegrens leeft is gehalveerd, er sterven 65 procent minder kinderen dan 20 jaar geleden en 70 procent minder moeders. UNICEF wil deze positieve resultaten doorzetten, zodat ook in de meest afgelegen gebieden onnodige kinder- en moedersterfte kan worden voorkomen.

Kindersterfte in Nepal: de cijfers

  • In 1990 had 7 procent van de plattelandsbevolking (waar ruim 90 procent van de bevolking woont) toegang tot vaste toiletten, in 2010 was dat 27 procent.
  • In 1990 stierven in Nepal 94.000 kinderen voor hun 5e verjaardag, in 2012 waren dat er 24.000.
  • De meeste van die kinderen (55 procent) sterven in de eerste maand na hun geboorte. Zes procent sterft als gevolg van diarree en 5 procent aan mazelen.
  • Nepal staat op de 57ste plaats (van de 193 landen) als het gaat om kindersterfte. Nederland staat op nummer 169 (1 op de 250 kinderen sterft hier voor zijn 5e verjaardag).


Djoser en Unicef