Reisverslag 8 dgn Nijldelta nov

Reisverslag 8 dgn Nijldelta nov

National Geographic Reis 24 november tot en met 1 december

 

 

Vrijdag 24 november

Zit je rustig aan tafel te eten krijg je ineens geheel spontaan een stuk geschiedenis in je maag geschoven, onder de mom van een nieuwe reis. Tot mijn stomme verbazing is het Djoser dagboek ontdaan van een hele dikke laag stof, om nieuw leven ingeblazen te worden. Als die–hard Djoser reiziger heb ik dus de eer gekregen om de eerste periode toe te vertrouwen aan het papier.

In feite valt er over dag 1 weinig te schrijven, omdat deze al voor het overgrote deel om is. Op verzoek van Djoser ruim op tijd (tweeënhalf uur) aanwezig op schiphol, balie 14-15. Na een tijdje te hebben gewacht op eventuele medereizigers heb ik me toch mooi voor de leeuwen gegooid, het zelfstandig inchecken. Wat een lol was dat. Moest eerst het paspoort in een gleuf geduwd worden, zodat de automatiek in de zuil de informatie kon lezen, verder werd ik onderworpen aan een soort kruisverhoor voor bijkomende informatie. Je kon er niets mee winnen. Toen het verkeerd ging tussen theorie en praktijk was hulp nabij. Een KLM medewerkster schoot te hulp, je kon merken dat ze het vaker had gedaan, want binnen een oogwenk had ik mijn boarding pas. Hiermee mocht ik mijn pad vervolgen om vervolgens bij de ouderwets in checkbalie mijn koffer af te geven. Volgende stap; de douane. Toto mijn stomme verbazing werd alleen het paspoort gecontroleerd, de gehate tussencontrole was er niet meer. Het moet niet gekker worden. Na weinig te hebben rondgekeken, alleen een sandwich gescoord, ben ik maar naar de gate gelopen. Vlak bij de gate nog even een laatste drinkbare bak koffie genomen. Djoser-gangers hebben de eigenschap om elkaar blindelings te vinden zonder dat ze zich aan elkaar voorstellen. Nu ook weer zaten ze rustig voor zich uit te staren terwijl ze weten dat zijn of haar buurman/vrouw een groepsgenoot is. Vreemd volk toch. Plots werd er wat door de intercom omgeroepen en de boarding balie kwam ineens tot leven, inclusief X-ray. Het was net een mierenhoop, iedereen liep elkaar voor de voeten. Er had zich inmiddels ook een dubbele rij reislustige gevormd voor de balie, klaar voor de dingen die komen gaan. Toen het op een geven moment minder druk was ben ik ook maar in de rij gaan staan. Jasje en riem in het bakkie en ik door de poort. Een wonder, geen ping ping. Mijn schoenen heb ik aan mogen houden. Even nog een paar foto’s en het toestel in, welke een Boeing777 (PH-BQN) was. De gezagvoerder deelde mede dat pas na het opstijgen een stoelendans gedaan mocht worden, dit ivm de gewichtsverdeling. Na een hele lange tijd weer eens een keer een eigen scherm. Keuze uit een overschot aan films, oud en nieuw. Gelukkig viel mijn keuze op de muziek van wegen het formaat van het scherm. Dit was maar goed ook, want toen de persoon voor mij zijn stoel in slaapstand zette, kon ik mijn schermpje niet meer lezen. De voedsel trolley kwam ook te voorschijn, we krijgen eten. Wonderbaarlijk op zo’n korte vlucht, maar wel lekker. Genietend van Arrow Classic Rock gleed het laatste stukje van deze dag ook voorbij.

Zaterdag 25 november

Ruw werd ik gestoord toen de head-sets werden opgehaald. Waarom zo vroeg? We waren er al bijna. De klok is een uur vooruit gegaan. Het ging snel, voordat we het wisten stonden we aan de grond. Vliegtuig uit en busje in, naar de aankomsthal. Hier werden we opgevangen door Wassim, die stond te wachten met zijn Djoser bordje, een teken van herkenning over en weer. Wat is de wereld toch weer klein. Ook hier zat het ons mee, voordat we het goed en wel besefte lag de bagage op het dak van de bus, hield Carin haar welkomstwoord en waren wij op pad in Cairo naar ons hotel voor de komende dagen. Een half uur later kregen we in de lobby van Happy City hotel een welkomstdrankje. De kamers werden verdeeld, de indeling stond al vast. Na het geld wisselen bij de receptie, met een biertje omhoog naar de kamer. Na een zeer korte nacht en een goed ontbijt begon de dag werkelijk. Na een plan de campagne op het dakterras liepen we in stevig tempo en met gevaar voor eigen leven, alleen tijdens het oversteken, naar het Egyptisch Museum. Aangekomen bij het museum werd, voordat we een kaartje kochten, nog even tekst en uitleg geven over wat wel en wat niet. Als rechtgeaarde Nederlanders die wij zijn hebben we die wachtende letterlijk links laten liggen en stoven het museum terrein op. Alvorens de trap te bestijgen en het museum te betreden werden alle camera’s in beslag genomen door Carin en ingeleverd. De goeden moeten onder de kwaden leiden en wie niet horen wil moet maar voelen. Oftewel het flitsloos fotograferen hier is grondig verziekt door het bekende kuddedier de Homo Sapiens Touristicus. Uit eigen ervaring wist ik al dat er niet zo gek veel goed op de gevoelige plaat vast te leggen was, maar toch. Rond lopend door het museum werd dit verbod met voeten getreden. Ook hier bracht techniek uitkomst, de mobiele telefoon. Na het dwalen door het museum nog wat foto’s gemaakt in de tuin. Toen we wederom compleet waren, ging de voettocht verder. We stopten bij een blauw van de rook staande fastfood restaurant voor een lokaal fastfood gerecht. Het smaakte zeker niet verkeerd. De taxi’s, nodig voor het volgende traject. Bij het betreden van de moskee moesten de schoenen uit. Na hier een fotorondje te hebben gelopen werd de tocht via, via, vervolgd naar Khan-el-Khalili bazaar, waar we ons bij de ingang te buiten gingen aan de muntthee, het takje in het glas kon ook gebruikt worden als tandenstoker. De thee hadden we binnen een oogwenk, maar het afrekenen had nogal wat voeten in aarde. Na de klucht over klein geld, opgevoerd door de thee meneer, had bijna iedereen na het betalen zijn fel begeerde kleingeld. Terwijl de rest de Bazaar bezocht ben ik met Carin, Lia en Peter via een marktstraatje voor de lokale, een straatje met het metaal- en hout bewerkers gilde (plaatwerkers en meubelmakers), naar het hotel gelopen. Op het dakterras ploften we neer voor een versnapering en een waterpijp, alleen ondergetekende. Druppelsgewijs kwam de rest ook boven. Na dit aperitivo werd er in the restaurant van het hotel aangeschoven voor het lopend buffet. Na overvloed van eten en spraken werden bij de meeste de luiken aanzienlijk zwaar en gaven zich over aan Morpheus.

Pieter Lobbes.

Zondag 26 november

Vanmorgen om 6:30u werd ik wakker gebeld. Ik vroeg mij af waarom mijn wekker niet afgegaan was. Die had ik toch zo keurig gezet. Die bleek dus op 6:30u ‘s avonds te staan. Na het ontbijt stapten we in de bus richting Memphis, althans de plaats waar dit ooit was. In Memphis ligt een groot beeld van Ramses. Dit beeld heeft geen benen, de benen zijn vanaf onder de knie spoorloos. Buiten staan nog 2 beelden van Ramses, deze kleiner. Echter zijn ze wel compleet. De beelden staan met de linkvoet naar voren. Dit zodat er met de rechterarm een aanval gedaan kan worden, maybe dan. Na Ramses te hebben aanschouwd zijn we naar de Mastaba van Saggara gereden. Dit is een rechthoekige graftombe. Hij is genoemd naar een rechthoekige bak die vele Egyptenaren voor het huis hadden, Mastaba. Deze graftombe bestaat uit meerdere kamers met verschillende inscripties. Een aantal ging over het dagelijkse leven in het oude Egypte, het jagen, vissen en vee houden. Eén kamer was speciaal voor het drinken van de geest van de overledene. De kamer bevatte geen kruiken met bijvoorbeeld water, maar de muren bevat inscripties van kruiken. De geest zou hieruit alle dranken kunnen wensen die het wilde. Ook was er een dergelijke kamer voor voedsel. Hierin waren afbeeldingen te vinden van vlees, gevogelte, brood en groente. Naast de Mastaba stond een kleine piramide. Deze piramide leek enigszins op een hoop stenen en zand. Hier binnen waren weer afbeeldingen te zien van mensen met nog de originele kleuren. De achtergrond zwart, mannen rood/bruin omdat ze veel buiten in de zon zijn. De vrouwen worden afgebeeld in gelige kleur, omdat die veel binnen zitten. Van de Mastaba zijn we naar de trappen piramide van Djoser gereden. Dit was de eerste graftombe in een piramide vorm van Egypte. In eerste instantie was het niet de bedoeling dat het een piramide zou worden. Echter Djoser was niet snel tevreden en zo is een piramide vorm ontstaan.

De lunch hebben we genoten in een restaurant dat een buffet serveerde. Bij aankomst begonnen spontaan 4 slaperige muzikanten te musiceren. Uiteraard verwachten ze een aantal Egyptische ponden hiervoor. De middag was voor het bezichtigen van de 3 grote piramides van Gizeh. Er is een speciaal plateau vanwaar er mooie foto’s gemaakt kunnen worden van de piramides. In tegenstelling tot alle boekjes krijg je Cairo op de foto ipv de woestijn, raar maar waar. Na een aantal artistieke foto’s te hebben gemaakt mochten we piramide bezoeken. Met Nienke, Dorien, Pieter en mijn persoon zijn we de piramide van Cheops in geweest. Dit is de grootste piramide met een oorspronkelijke hoogte van 146 meter, maar na 46 eeuwen is het 9 meter korter geworden. De piramide bestaat uit 2.3 miljoen zandstenen blokken die elke zo’n 2.5 ton wegen. Na een klein stukje de piramide te zijn ingelopen, komt de eerste trap omhoog, deze is laag en lang. Eenmaal boven heb je even tijd om de rug te strekken om dan de tweede trap te bestijgen. Deze bevindt zich in een hoge trapgang. Aan het einde van de trap moet je door een laag gangetje en kom je in de grafkamer. In de grafkamer staat een stenen “doodskist” die breder is dan de ingang, hoe deze daar gekomen is, is dan de vraag. Daar het erg warm en vochtig is in de piramide moesten we wel even uithijgen. Weer in de buitenlucht konden we de piramides van buiten goed bekijken en fotograferen. Dit fotograferen is moeilijker dan je denkt met alle toeristen, Egyptische kamelenrijders en verkopers in de buurt. De Egyptenaren gaan namelijk altijd in beeld staan. Tevens willen ze je van alles verkopen en een kameelritje aansmeren. Als je dit niet wilt moet je best wel vaak nee zeggen. “Allemachtig, dat is prachtig, achtentachtig” zeggen ze allemaal, de kamelenrijders dan. Dan nu een les “hoe krijg ik een kamelenrijder boos als ik hem 10 pond geef”. Je hebt nodig; 1 piramide, 1 kameel die ervoor staat en 1 iemand die erop zit. Probeer een foto te maken als die niet zwaait. Je zegt dan; “ik geef je geld”. Nadat je de foto hebt gemaakt komt de kameel vanzelf naar je toe en daarmee de rijder. Open je beurs en hij ziet 20 pond. Vervolgens geef je hem 10 pond. Ik kan u melden dat hij dan niet blij is met 10 pond!! Bij de piramides staat ook de Sfinx, deze kan je gratis op de foto zetten. Met een leuke busrit door het altijd volle/drukke Cairo hebben we taart gegeten op het dakterras van ons hotel. Dit omdat Els jarig was. Toen was het tijd om inkopen te doen voor de volgende dag en daarna eten. Na het drinken van een welverdiend biertje was de dag om en ben ik gaan slapen.

Welterusten Luit Kamminga

Maandag 27 november

Wat geinig dit schriftje. Het is een echt Arabisch schriftje, dus schrijf je die ook van rechts naar links. Als je de kaft ook bekijkt, zie je dat wij dit schrift achterste voren gebruiken. Rare jongens die Djosers.

Wat staat die telefoon hard te rinkelen. En die wake-up meneer is domweg niet te verstaan. Dus op goed geluk zeg ik “thank you” en hang op. Lekker zo’n warme douche in de morgen, dus fris en fruitig aan het ontbijt. Jammer, de smeerkaas was op dus was ik aangewezen op verse worst uit blik. Niet te versmaden dus. Na de Nescafe de bus in. Achterin de bus werden we wel wat baldadig. Dorien en Nienke schreven een wedstrijd uit. De jongste onder ons mochten op de achterbank. Dat bracht het gesprek natuurlijk ook op de oudere jarige. Angstvallig hield ik mijn mond dicht over mijn leeftijd en lachte onbedaarlijk maar mee als een boer met kiespijn. De eerste stop was in Dashur bij de rode piramide. Als een vlieg op een hoopje kwam alweer een toeristenpolitie agent op een kameel. Netjes groeten en voor de zoveelste keer ook weer zijn aanbod voor een camel picture afwimpelen. Bezoek aan de piramide. Als een jonge god dartelde ik naar boven. Juf bleef op de camera’s passen, dus wij, zo licht als een veertje, afdalen naar het hart van de piramide. Nou geloof me, dat hart was van zuiver ammoniak. Niet te harden dus. En zo vluchten we weer naar die kleine opening met frisse buitenlucht. Alsof je astma had, zo stond je na te hijgen terwijl je de camera weer uit de tas haalde. En aan de voet van de piramide stonden nog drie agentjes te wachten. Nou ja, dan maar betalen voor een foto. En poseren zullen ze. Als een volleerde Kate Moss stonden ze daar voor de kamera. En dan vlug de bus in, naar de geknikte piramide. Die piramide kan je bestempelen als een architectonische ramp. Omdat het zo’n ramp was kan je dus ook niet naar binnen en zijn we er maar omheen gelopen. Je kunt daar leuk fotograferen rond de piramide, al was het vlak naast een militair gebied. De juf vertelde wel wie wat gebouwd heeft en wanneer, alleen bleef het bij mij niet geheel tussen de oren hangen (Piramide van Meidum). Na enkele grondige politie controle mochten we dan uitstappen en de piramide bezoeken. Deze had gelukkig een gang die wat ruimer en breder was dan de vorige. Een verademing. Want de bovenbenen begonnen toch wel een beetje verzuring verschijnselen te vertonen. En wat was er binnenin te vinden? Helemaal niets! Buiten de piramide zijn er verschillende Mastaba graven. Eentje kon je bezoeken. Maar het was wel kruip-door- sluip-door. Geert deed een korte poging, maar na een uitglijer na 3,73 meter gaf hij het op. Alleen de diehards gingen door tot het gaatje om dan een lege graftombe te aanschouwen.

De picknick. Vrij snel daarna konden we onze picknickplaats bevolken. We zetelden neer op de inderhaast aangerukte tuinstoelen en haalden onze proviand tevoorschijn. De ene had lachende koe, de ander had yoghurt (dat werd gegeten met geïmproviseerde lepeltjes), weer een ander bananen of kaas. Iedereen had wat. En tot besluit kon je ook nog een rondje in de draaimolen of botsautootjes zitten. Gelukkig duurde de busrit daarna niet zo lang en kwamen we rond 15.00u aan in het Queen Hotel in Al Fayum. Klokslag 15.35u reden we weer weg voor het waterrad. Fotostop! Dus werd de hele meute er weer uitgegooid. Oh ja, dat we onder politie begeleiding van de piramide naar het hotel werden geëscorteerd, was tot daaraan toe. Maar dat we nu nog steeds begeleiding kregen, was onbegrijpelijk. Na de uitgebreide fotostop van 4 minuten en 53 seconden reden we weer weg naar de zonsondergang. Geen moment mochten we meer naar buiten tot aan het meer. Daar was een hele pier voor ons gemaakt en de zon stond nog fier aan de hemel. Desalniettemin klikten de camera’s al aardig in het rond. Sommige hadden al een meeuw in het vizier, anderen een paar oude stoelen. Pas toen de zon werkelijk dreigde onder te gaan, gingen de camera’s als mitrailleurvuur te keer. Uiteindelijk liep alles met een sisser af en gingen we in het donker onder begeleiding van zwaailicht en sirene naar het hotel. Om 18.00u gingen Els, Carina en ik de stad in om een leuk restaurant te zoeken. Al heel gauw waren we met zijn vieren, want 007 ging ook mee. Waar wij gingen, ging hij ook. Op geheime missie en met license to kill. Handig hoor zo’n 007 die ook (of juist) Arabisch spreekt. Uiteindelijk gingen we weer naar een Koshery. Direct werd de lokale bevolking naar een andere tafel gedirigeerd om ruimte te maken. Voor 10 pond konden we met zijn vieren eten en drinken. Al vroeg liepen we naar huis. Wat een drukte. En we werden verrast door een bruiloft, waar niet iedereen blij was, dat we daar gingen kijken. Gelukkig konden wij 007 de weg wijzen naar het hotel. Ik moet er toch niet aan denken dat hij zou verdwalen.

Bob Portier

Dinsdag 28 november

Een heel uur uitslapen, joepie! In onze inpandige kamer merk je het verschil tussen dag en nacht niet, dus het is nog donker als de wake-up call ons wekt. Geen druk op het water dus douchen zit er vanochtend niet in. Dan maar chemisch wassen met wat extra deo. Ontbijt, groepsfoto op de trap van het hotel en dan onder de inmiddels vertrouwde politie escorte naar onze eerste stop. Hier schrikt iedereen wakker van dit vroege bezoek, springt in het gelid en duikt in een pick-up om de posities in te gaan nemen. We zijn bij Kranis, Ptolomees / Romeinse opgravingen. Een hoop huizen van mud-bricks die letterlijk uit het jaar nul stammen, maar waar nu nog redelijk wat van overeind staat. Een noordelijk en een zuidelijk tempel van Nero en van de Krokodil. Vrij uit wandelen is er niet bij, we worden constant in de gaten gehouden door de guards en een aantal blijft dicht bij ons in de buurt. Lia denkt dat ze bang zijn dat wij iets geks zullen doen, ook omdat onze tassen gescand werden en open moesten. Maar het zal wel andersom zijn. Anderen (geen idee wie) zullen ons wel iets aan willen doen (geen idee wat). Na een uurtje uitwaaien, zit ons begeleid proefverlof er weer op en vervolgen we onze weg richting Cairo. We passeren de piramides van Gizeh weer, ons inmiddels wel bekend. Plaspauze bij een wegrestaurant op een smerige WC en dat terwijl we net een erg westers uitziende shoppingmall inclusief Mac gepasseerd zijn. Op naar de Kopten bij Wadi Natrun. In het eerste klooster (Deir Anba Bishoi) gaan we lunchen. Carin waarschuwt ons niet alles te fotograferen en zeker geen monniken. Maar al snel zegt onze oppermonnik dat we hem best mogen fotograferen, dan wordt hij nog eens beroemd. We krijgen een voedzame lunch; brood zo hard als een mud-brick en bruine bonen prut. Heerlijk……..volgens sommigen, volgens mij: erg slecht weg te krijgen. Dapper werk ik me door een half broodje en een half bakje bonen heen om mijn goede wil te tonen. Om ons heen hebben gelovigen hun eigen lunch bij zich, bestaande uit pizza en appeltaart. Bob doet nog even zijn best om zo zielig mogelijk te kijken in de hoop wat te krijgen, maar helaas. Na de lunch start de rondleiding. We mogen de kerk in, waar een dienst bezig is. Een sterke wierrooklucht en muurschilderingen maken het plaatje helemaal af. De Kopten hebben wel wat weg van Grieks-Orthodox, zwarte kleding, zware baard en een geborduurd hoofdkapje. Maar ook een hippe zonnebril en mobieltje op zak met fraaie Arabische ringtones, de moderne tijd is ook hier doorgedrongen.

Er worden hier elk jaar 15 novices aangenomen van minimaal 24 jaar oud en totaal zijn er nu 160 monniken in het klooster. 20 kluizenaars leven een paar kilometer afstand in de woestijn. Eten en drinken wordt ze gebracht en 1 keer per week komen ze voor de communie. Weer buiten kunnen we ook nog naar het buurklooster, 5 minuten lopen. Dit klooster is nog ouder. We hebben vette mazzel want het blijkt dat een groot restauratieproject onder leiding van de universiteit Leiden hier plaatsvindt en de projectleider, een Nederlander, is aanwezig en geeft uitgebreid uitleg over alle muurschilderingen. Er zijn meerdere lagen en die proberen ze nu los van elkaar te krijgen. Eén laag blijft in de kerk en wordt gerestaureerd en de andere  lagen worden verplaatst naar het speciaal aangelegde museum waar het op dezelfde manier wordt herplaatst tegen de muur of plafond. Een precisiewerkje dat al jaren duurt en nog zeker 5 jaar zal gaan duren. We voelen het wel als heel speciaal dat we dit toevallig meemaken. Tijd voor de busreis naar Alexandrië, zonsondergang vanuit een rijdende bus. Daar aangekomen rijden we in het donker langs de boulevard naar het Hotel Regency (volgens de kamersleutel Rigency). Na een biertje in het hotel gaan we op ontdekkingstocht en komen terecht bij Housny, wat een super restaurant blijkt te zijn. De hele tafel vol vlees, vis, rijst, groenten en saus. Zoveel dat we met de helft het ook ruim zouden hebben gered. Ter afsluiting gaan we naar een soort lounge bar waar veel Egyptenaren waterpijp zitten te roken en thee te drinken. We testen de waterpijp en nemen een bakje thee en maken zo de avond vol, want is al bijna twaalf uur als we in onze mandjes kruipen.

Dorien Vach

Woensdag 29 november

Vandaag konden we kiezen of een georganiseerde rondrit of de dag zelf indelen. Nienke en Dorien wilden duiken; Bob, Els en Bert ging naar eigen idee de stad in en de rest ging mee met Abdu, Wassim en Carin. Er was ook een vrouwelijke gids. Amal geheten. Ze deed nogal populair en vond zichzelf erg leuk. Ze praatte ontzettend snel engels; met de sneltrein kon je haar amper bijhouden. Ze was islamitisch en stak dat niet onder stoelen of banken. Haar naam betekent Hoop.

Eerst een wilde rit door Alexandrië. Abdu schoot overal tussendoor. We reden over de bomvolle boulevard van oost naar het centrum. We gingen over een brug die boven een strand lag, welke de oorspronkelijke kustlijn markeert. We passeerden een groot vrijstaand huis met een ruime tuin, dat helemaal uit toon viel met de rest van de aaneengesloten hoge gebouwen. Dit huis behoorde toe aan Koning Faroe, de laatste koning van Egypte, hij stopte in 1952. We reden langs de militaire wijk en langs het militaire hospitaal dat buitenom mooi versierd was. We maakten een snelle fotostop bij de bibliotheek, een super modern gebouw dat ons met het tegenlicht van de zon in de glasruiten volledig verblinde en fotograferen onmogelijk maakte. Hup weer de bus in en naar het amfitheater. We kregen weer zo’n geweldige toegangskaartje in kleurendruk en mochten maar een kwartier verpozen. Het theater is in 1960 ontdekt. Op die plek zou een regeringsgebouw gebouwd worden, dat ging dus niet door. Er is een prachtig iets bloot gelegd. Het originele amfitheater was niet zo groot, maar is uitgebreid met meer zit plaatsen zodat er nu in de zomermaanden ook openlucht voorstellingen gegeven kunnen worden. Naast het theater ligt een badhuis van rode baksteen. Verder ligt in de buurt van het terrein nog een restant van een Romeinse villa met mozaik vloeren waarop veel vogels zijn afgebeeld. De villa wordt daarom ook wel “the villa of birds” genoemd. In Alexandrië is geen metro vanwege de vele kostbaarheden die overal in de grond zitten. Er rijden wel trolleys oftewel een soort tram. Deze rijden alleen in de oude stad en een rit kost slechts 25 piastres. De winkels zijn open van 11.00u tot 23.00u. Op zondag zijn de winkels gesloten. Dit is door het grote aantal westerlingen dat in Alexandrië komt en in het verleden de aanwezigheid van Fransen en Engelsen. We passeren een soort van grote tent op straat. De tent is opgezet omdat er een man is overleden. De nabestaanden zetten de tent op om alle verwanten en vrienden te kunnen ontvangen. Als een vrouw overlijdt, gebeurt alles in het huis zelf. Dat de straten in de wijken versierd zijn met slingers is nog over van het suikerfeest.

We komen nu bij de catacomben. Helaas mag je het fototoestel weer niet meenemen. Amal vertelt dat de schacht van de catacombe is ontdekt, omdat er een ezel in zakte. Het standbeeld van de ezel moet nog opgericht worden. (maybe next year or maybe later). De catacombes bestaan vanaf de tweede eeuw voor Christus. We dalen de catacomben in. De schacht heeft 2 zijtakken waardoor de doden naar hun plek werden getransporteerd. We komen eerst uit bij de “eetzaal”. Hier konden nabestaanden onder genot van een hapje en sapje herinneringen op halen over de overledenen. Vervolgens kwamen we in de ruimte waar 3 gezinsleden zijn neergezet, een man, vrouw en kind. Rondom de sarcofagen zijn mooie versieringen aangebracht die Egyptische cultuur afbeelden als ook de Griekse cultuur. De Egyptische versieringen kennen geen bladeren en druiven. Links van de dode man staat Anubis en rechts Horus. Bij de vrouw en kind vind je identieke afbeeldingen met een stier. Nog een eindje lager liggen de tombes voor de gewone mensen. Er zijn ongeveer 300 inhammen voor ongeveer 600 doden. Rechts kon je naar een tombe waarin botten van paarden zijn gevonden. Men vermoedt dat het gaat om Arabische paarden die wedstrijden hebben gewonnen. De derde laag was niet toegankelijk. Buiten was nog een gebouwtje waarin je de wandversiering in kleur kunt zien. Hup weer in de bus. Amal was aardig in de wieg gelegd van moeder-overste en daar gingen we weer. Nu kwamen we op een vrij kaal terrein. Er stond een grote zuil op van 27,5 meter hoog en twee sfinxen met kop en een zonder kop. Op het terrein had een tempel gestaan met erom heen 400 zuilen. Waar waren al die zuilen? Maybe here, maybe there? Er was een badhuis, een zwembad en een ondergronds gangenstelsel.

Vervolgens naar de moskee hoge minaret, de oproep tot gebed is hier levensecht. In de moskee, 8 marmeren pilaren en houten versierd plafond. Vrouwen gedeelte lag apart. Zogenaamd ter bescherming van de vrouwen, maar dat zie ik er niet aan af. Er zijn 5 bid momenten per dag. Voor het bidden kun je het lichaam wassen. Handen, gezicht, onderarmen en voeten. Geen excuus mogelijk. Daarna zijn we naar ons lunchadres gebracht. In restaurant Atherios. Een gerenommeerd adres. Goed en goedkoop. Na de lunch op naar de bibliotheek. Zelf het kleinste tasje mocht niet naar binnen, ook geen fototoestel. De bibliotheek omvatte veel verdiepingen, studie plekken en computerplaatsen. Tevens waren er twee tentoonstellingen. Een over de “making of” film over Anothep. Deze film is nooit afgemaakt wegens geldgebrek. Voorts een tentoonstelling over de stad Alexandrië met veel oude prenten en plattegronden van de stad uit vroegere tijden. Een deel van de groep ging terug met de bus naar het hotel. Een ander deel van de groep ging halverwege uit de bus om terug te lopen en zo nog wat te proeven van de sfeer van de stad. De sfeer is geweldig. Ook hier zagen steeds meer uitzonderlijke dingen, zoals een kapper voor kinderen. De kinderen nemen niet plaats in een kapperstoel maar in een vliegtuigje of een auto van felle kleuren en worden dan geknipt. Aan de wand leuke Disney tekeningen. Zoiets kennen we zelfs niet in Nederland. ’s Avonds gingen ieder zijn eigen weg om te eten. Weer een dag vol informatie en voldoening.

Hennie Renniers

Duiken op woensdag 29 november

Nienke en Dorien gingen deze dag duiken. Bij Alexandra dive, de enige duikschool van Alexandrië werden we om 11:00 verwacht. Alle spullen werden snel geregeld en gelukkig waren er dikke, 5 mm, neopreen pakken met losse capuchon. Bij een watertemperatuur van 21 graden is dat geen overbodige luxe. Onze instructeur, Said, bleek een prettig gestoorde Egyptenaar die er wel zin in had om met twee blonde dames op pad te gaan. Op het laatst werd zijn feestje nog een beetje verstoord toen er ook nog een zweedse jongen mee bleek te gaan.

Met de Zodiac naar de grotere boot die in de haven ligt. We hoefden helemaal niets te doen, BCD’s werden aangesloten op de flessen, loodgordels lagen al kant en klaar te wachten en we kregen zelfs nog een flesje water voor onderweg. Wat een service, 5 star-diving.

De eerste duikspot lag net buiten de haven, een eindje achter het fort. We kregen alles omgehangen achterop de boot en plonsden snel het water in. Nog even checken of alles functioneerde en toen naar beneden. Said was boven water niet erg rustig maar onder water checkte hij constant of het allemaal goed ging en was hij erg kalm.

Deze divespot heet Ancient Greek Wreck en er lagen allemaal kruiken uit de griekse tijd. Verder een enorm anker uit de tijd van Napoleon. Een hoop van de gevonden voorwerpen waren gemerkt, zodat ze geregistreerd konden worden. Weinig vissen, redelijk zicht, ongeveer 10 meter. Diepte van deze duik was maximaal 15 meter.

Tijdens de safetystop op 5 meter hebben we nog een enorme witte kwal geaaid op aangeven van Said. Ik verwachtte iets glibberigs maar hij bleek  een harde bovenkant te hebben.

Uit het water op de boot gingen we direct door naar de tweede spot. Flessen werden rap verwisseld en we voeren nu nog wat dichter naar de kant, vlak onder het fort, Quait Bay. Binnen een kwartier lagen we alweer in het water. Een ondiepe duik, maximaal 9 meter. De oude vuurtoren ligt hier onder water in een aantal brokstukken. Er staan 3 sfinxen zonder hoofd, een oude wijnpers en er liggen een hoop oude restanten met reliëfen erop. Door de vooraf afgesproken tekens voor “grieks,romeins, faraonisch en vuurtoren, kon Said een hoop duidelijk maken.  Onder water hebben we op de oude funderingen van de vuurtoren een dansje gemaakt en bleek Said toch ook onder water in te zijn voor een geintje. Een prachtige duik waarbij we ook nog door twee grotjes gezwommen zijn.

Nu toch wel erg koud, kwamen we na 45 minuten weer boven water. Gelukkig waren we snel terug aan land waar we door Said linea recta naar de warme douche werden gestuurd. Ook opruimen was er niet bij. Helemaal voldaan en lekker opgewarmd kregen we vervolgens nog een lekker visje voor de lunch. De logboeken werden bijgewerkt en ondertekend en toen zat deze leuke activiteit er weer op!

Dorien Vach

Donderdag 30 november

Na voor velen een korte nacht vanwege een bruidsfeest in ons hotel, vertrokken we rond 8 uur richting Rosetta. In Rosetta aangekomen worden we vergezeld door een politieman. Die meer als gids dan als beveiliger optrad. Onze eerste bezienswaardigheid was het fort waar in 1799 de steen van Rosetta werd gevonden door Pierre Bouchard. Deze steen was erg belangrijk omdat de steen teksten in drie talen bevatte. Hiërogliefen, Demotic en Grieks. Zo lukte het eindelijk de hiërogliefen te ontcijferen. Maar de vindplaats op zich had weinig spannends. Na een wandeling langs het fort met uitzicht over de Nijl vervolgden we onze weg naar de plaats waar de Nijl in de Middellandse zee uitmondt. De doorgang is vrijwel geheel dicht; er is slechts 1 opening van 7 meter. Het zoete water in de Nijl wordt nauwelijks vermengd met het zoute water, omdat zoetwater zwaarder is en zo blijft de Nijldelta vruchtbaar. Men is momenteel wel bezig met het maken van een tweede doorgang ten behoeve van de scheepvaart. Met onderbreking van een plas/fotostop (eindelijk hebben we de kans om het platteland van Egypte vast te leggen) komen we aan in het centrum van Rosetta. Genietend van een leuke, gezellige markt wandelen we naar de Sheikh Ali al-Mahalli Moskee. Haastig trommelt onze politieman iemand op om de deur open te doen. Binnengekomen worden we verrast door een enorme verzameling zuilen die het dak van de 300 jaar oude moskee dragen. Totaal zijn er 99 pilaren, afkomstig uit oude gebouwen in Alexandrië. Het getal 99 staat voor de 99 mooie namen van Allah. Midden in de moskee staat de tombe, versierd met Turkse tegeltjes. We mogen allemaal (zowel mannen als vrouwen) overal in en mogen ongestoord fotograferen. Na onze schoenen weer aangedaan te hebben, wandelen we verder door dit leuke plaatsje richting de Ottomaanse huizen. Deze huizen stammen uit de 18de eeuw en zijn gebouwd van bruine baksteen. De huizen behoorden toe aan rijke Turkse handelslieden. In totaal zijn er in Rosetta nog zo’n 20 van dit soort huizen, waarvan enkele gerestaureerd zijn en opengesteld voor het publiek. We bezoeken het Amasyali huis uit 1808. Het huis bevat veel schitterend houtsnijwerk en mooie plafonds. Naast het huis bevindt zich een authentieke molen waar vroeger graan werd gemalen. Hier zien je twee grote verticale tandwielen die aangedreven werden door paarden. De paardenstallen waren ernaast. Op weg naar het badhuis passeren we het Thabet huis uit 1709, het Alqanadili huis uit 1800 waarnaast vroeger een tabakswinkel gevestigd was die dezelfde stijl als het huis gebouwd was. Ook komen we langs het Galal huis uit 1800 en het Al-Mizuni huis uit 1740. Onderweg is het werkelijk genieten van dat levendige stadje met zeer vriendelijke mensen, die het zelfs leuk vinden om op de foto te gaan! Het badhuis is 400 jaar oud en stond in verbinding met de Nijl. Er is een plaats waar je even rustig kunt zitten na het baden. Het badhuis was 6 dagen in de week geopend, 3 dagen voor de mannen en 3 dagen voor de vrouwen. We nemen afscheid van deze leuke plaats en gaan op weg richting Cairo. Op de snelweg worden we een stuk begeleid door de politie, die kennelijk niets beters te doen hadden en graag een stukje wilden rijden. Het hield ons meer op dan het opschoot. Onderweg lunchten we bij de MacDonalds. Helaas sneuvelt er een beker cola. Door samenloop van omstandigheden….toch?. Oftewel we gaan niemand de schuld geven. Zo snel als ze in Nederland ter plaatse zijn met een rijk uitgeruste schoonmaaktrolley, zo lang blijft het hier op de grond liggen. Sterker nog, toen we weg gingen, lag het er nog steeds. Buiten nog even genieten van de warmte van de zon, want zal wel weer een tijdje duren voordat we dat in Nederland gaan voelen. We gaan weer verder en onder het genot van wat Duitse schlagerhits, onder begeleiding van Bob, komen we steeds dichter in de buurt van Cairo. Onze chauffeur Abdul neemt een korte rookpauze (je kent dat wel; reistijdenwet) die door ons volkomen wordt benut door een van-het–muur-af-duw-competitie. Het concept is eenvoudig: twee gladiatoren nemen plaats op het muurtje en proberen elkaar zo snel mogelijk van het muurtje af te duwen. Degene die het eerste de grond raakt heeft verloren. Dit spel wordt gevolgd door een korte op-je-hurk-zit-wedstrijd, maar de concurrentie haakt snel af als de bedenker van het spel superieur blijkt te zijn. Beide wedstrijden werden uiteraard gewonnen door Bob. Na enkele minuten stappen we weer in en bereiken na een tijdje rijden Cairo. Hier komen we terecht in een ware file (ja, dat kennen ze dus ook in Egypte) waarin wij het middelpunt van belangstelling zijn. We worden enthousiast begroet door iedereen die langs kruipt en sommige zeer enthousiastelingen beginnen ons vrolijk te fotograferen. En natuurlijk fotograferen we vrolijk terug. Na een speed rally door de straten van Cairo bereiken we heelhuids ons hotel. De kamers worden verdeeld en iedereen neemt de tijd om zich op te frissen voor het afscheidsdiner. Helaas moest Hennie achterblijven in het hotel vanwege buikkrampen. En dus vertrok er een groep van 16 mensen richting Felfela, een leuk en gezellig restaurant. Het eten is erg lekker en natuurlijk teveel. Tijdens het natafelen bedankt mijn reispapa (Bob) Carin voor de leuke reis en doet de groep haar een oranje sjaal cadeau. Waar Carin erg blij mee is. Na het betalen van de rekening blijft een groepje achter in het restaurant en ga ik, samen met de rest, terug naar het hotel om een eind te maken aan dit verhaal en me voor te bereiden op de terugreis. Ik heb super genoten van de reis en hoewel ik eerst twijfels had of ik het wel leuk zou vinden om alleen op reis te gaan, moet ik zeggen dat het me prima bevallen is. Ik vond dat we een heel leuke groep hadden en het verbaasde me hoe snel er contacten werden gelegd en hoe snel je een hechte groep vormt. Ik wil de hele groep (en Carin, Wassim en Abdul) bedanken voor de leuke reis! Ik heb het erg naar mijn zin gehad.

Carina Booij.

Nawoord.

Ik wil ook even kwijt dat ik ook erg genoten heb van deze reis. We hebben veel gezien van het Farao tijdperk en soms voelde ik me net een archeoloog die voor het eerst een piramide betrad. De zon was elke dag aanwezig, de temperatuur niet te warm en voor de rest was alles door Carin tot in de puntjes geregeld. Bedankt Carin!

Bert Bleyendaal