Een geschiedenis in steen - Het werelderfgoed van Armenië

Een geschiedenis in steen - Het werelderfgoed van Armenië




Vrij vertaald betekent Armenië “land van steen”. Het had geen betere naam kunnen krijgen. Vroeger was dit landschap een grootvulkanisch plateau - waarna de tijd het omvormde tot Armenië. Eerst het water, dat diepe kloven en dalen uitsneed. En daarna de mens, die de stenen uithakte en omtoverde tot ’s werelds mooiste kloosters. Sinds 1996 zijn twee van deze kloosters officieel UNESCO werelderfgoed, en een hoogtepunt van een bezoek aan dit intrigerende land.
 

Het klooster van de speer

Het duurt even voordat we de betonnen Sovjetflats in de buitenwijken van Yerevan achter ons hebben gelaten, maar voorbij de stadsgrenzen begeven we ons in een bijbels landschap getekend door bergen, dorpjes en wijngaarden. Hier en daar loopt een herder met een kudde schapen, soms over de weg. Onze chauffeur slalomt er behendig omheen. Net zo handig als om de gaten in de wegdek dat ons dieper de bergen in leidt. We dalen af naar een kloof, die uiteindelijk zo nauw wordt dat de auto niet meer verder komt. We zijn op bestemming: het klooster van Geghard, dat je pas op het laatste moment ziet: tussen de granieten kliffen gaat het klooster roerloos op in deomgeving.

Volgens overlevering is Geghard de bewaarplaats van de speer die Jezus verwondde aan het kruis. Deze zou hier door de apostel Thaddeus zijn gebracht, samen met het evangelie, dat in Armenië een vruchtbare bodem vond: het werd in 301 de eerste Christelijke natie ter wereld.

Al die tijd is het klooster een belangrijk pelgrimsoord gebleven voor Armenen. Wij zijn er op zondag, wanneer veel inwoners van Yerevan naar Geghard afreizen om de zondagsmis bij te wonen. De trappen naar het klooster worden geflankeerd door oude vrouwen die wijn, geglazuurde broden en bloemen verkopen. Verderop staan een aantal ‘kachkars’: stenen zerken, waarin met zorg complexe kruispatronen zijn uitgehakt. Deze leiden je naar de poort die toegang geeft tot het complex. Binnen is het een drukte van jewelste, met rondrennende kinderen en gezinnen die gezamenlijk grote manden dragen, met daarin de wijn, brood en bloemen van de oude vrouwen: het zijn de traditionele offers aan het klooster. Binnen glinsteren de gewelven van de grote zaal in het licht van duizenden kaarsjes, die in overvloed worden aangestoken door de bezoekers. In het dansende licht lijkt het steenhouwwerk mee te bewegen op het gezang van het koor, dat in de volgende zaal haar liederen zingt. 

Mijn reisgenoot tikt me op de schouder: ze heeft kunstgeschiedenis gestudeerd, maar de religieuze symboliek van dit klooster is haar volledig vreemd. Ook ik sta verbaasd bij de versteende afbeeldingen van aangelijnde leeuwen, vechtende stieren en adelaren die schapen tillen. Priesters zegenen ondertussen de zaal met dikke wolken wierrook, waarmee ze ons onder-dompelen in hun spirituele belijdenis -die me nog lang zal bijblijven.

De oude en de schone

Armeense kloosters delen allemaal dezelfde basis: ze zijn gebouwd op halsbrekende plekken, diep in een dal of bovenop een hoge klif, waardoor de locatie van het klooster soms een evengrote trekpleister is als het gebouw zelf. Ze zijn ook altijd gemaakt van lokaal gesteente, waardoor ze gecamoufleerd staan in het grillige berglandschap. Een uitstekende, cilindrische koepel vormt het centrum van de kerk, met daarlangs een kort schip en twee dwarsbeuken - zo vormt het gebouw een klein kruis. Nergens is deze gedeelde basis duidelijker dan bij de kloosters van Haghpat en Sanahin, gebouwd aan weerszijden van een kloof in het noorden van Armenië. Ze dateren uit de 13e eeuw en zijn daarna gebroederlijk de geschiedenis ingegaan. Letterlijk betekent Sanahin “deze is ouder dan de andere”, waarmee de kloosters zelfs in naam zijn verbonden.

Vroeger woonden er tientallen monniken in deze kloosters, tegenwoordig in ieder maar één. Herinneringen aan het roemrijke verleden vind je overal -allereerst in alle versieringen, maar ook in de vele graven die de ondergrond vormen van de brede, gewelfde zalen. De monnik laat alles met gepaste trots zien; maar je merkt, net als bij de meeste Armenen, dat de open wonden van de geschiedenis zijn gaan etteren. Ondanks het rijke verleden is Armenië een arm land, en de jeugd vertrekt in grote getale naar Rusland, Europa of de VS. Deze verlaten kloosters zijn een soms pijnlijke herinnering aan dat lot.Dolend door het klooster kan ik mijn ogen moeilijk afhouden van het ambacht om me heen. Nergens valt ook maar spatje kleur te bekennen. Alle energie is gestoken in het steen, voor frivole schilderkunst was geen plaats. De kloosters van Armenië zijn een meesterproef in ingetogen architectuur en hebben hun plek op de UNESCO werelderfgoedlijst meer dan verdiend.

Bekijk de rondreizen door Armenië.