Overzicht Azië rondreizen van Djoser

Unicef: alle meisjes naar school

Nog steeds gaan zo'n 80 miljoen meisjes in de wereld niet naar school. Om dit probleem onder de aandacht te brengen en om te zorgen dat het verandert, roept Unicef op tot actie: onderwijs voor iedereen!

In veel landen is het heel gewoon dat meisjes niet naar school gaan of er al binnen een paar jaar weer van af worden gehaald. Omdat ze thuis moeten helpen, of omdat hun ouders geen geld hebben om hen naar school te laten gaan. Of omdat in hun land onderwijs voor meisjes niet belangrijk wordt gevonden - een meisje gaat toch trouwen en het huis uit, zij zal niet, zoals een zoon, geld gaan verdienen en de familie ondersteunen. Ook vinden veel ouders het gevaarlijk als hun dochter lange afstanden moet afleggen van en naar school. Ze zijn bang dat haar onderweg iets overkomt. Weer andere ouders hebben bezwaar tegen gemengde klassen of mannelijke leraren of tegen het feit dat er onvoldoende - of helemaal geen - sanitaire voorzieningen op school zijn. Helemaal ondenkbaar zijn de gevaren niet. Veel meisjes worden het slachtoffer van seksueel geweld.

Maya's
Mexico
Ook in het project bij de Maya's in Mexico, dat Djoserreizigers de afgelopen twee jaar hebben gesteund, staat goed onderwijs centraal. Na een succesvol begin met scholen in de provincie Yucatan, die Mayakinderen een betere start bieden, krijgt het project uitbreiding in andere gebieden.
Of ze worden in de klas achtergesteld, moeten bijvoorbeeld de school schoonmaken tijdens de lesuren, of mogen niet meedoen aan sport.
Toch is onderwijs voor meisjes belangrijk. Meisjes die een opleiding hebben gevolgd vinden daarna beter betaald werk, trouwen later en krijgen minder kinderen dan meisjes die niet naar school zijn gegaan. Hun kinderen zijn gezonder en beter gevoed, waardoor de kindersterfte daalt. Maar minstens zo belangrijk is nog wel dat zij meer kansen en keuzemogelijkheden hebben om het leven te leiden dat zij willen.

School moet leuk worden
Unicef pleit bij regeringen overal ter wereld voor gratis en verplicht onderwijs voor iedereen. Dus ook voor bijvoorbeeld meisjes die zwanger zijn of al jong moeder zijn geworden, in veel landen zijn deze meisjes uitgesloten van onderwijs. Bovendien steunt Unicef de bouw van scholen - zodat kinderen dichter bij huis onderwijs kunnen volgen - en het aanleggen van aparte toiletten voor jongens en meisjes of het opzetten van informele klassen, zodat de kinderen én naar school gaan én thuis een handje blijven meehelpen.

Ook geeft Unicef voorlichting aan ouders en leerkrachten over het belang van onderwijs voor meisjes. Als ouders eenmaal weten hoe groot de voordelen zijn, zijn ze meestal graag bereid hun dochters naar school te sturen. Daarnaast steunt Unicef een aantal projecten waarbij de ouders een kleine 'beurs' krijgen voor hun schoolgaande dochters.
Om te zorgen dat meisjes op school blijven, werkt Unicef mee aan het ontwikkelen van lesmateriaal dat meer op de belevingswereld van meisjes is toegespitst en aan het opleiden van vrouwelijke leerkrachten. Ook moet het lesprogramma worden aangevuld met vakken waar meisjes iets aan hebben. Heel vaak blijkt: als de school leuk is en kinderen er iets nuttigs leren, gaan zij er graag naartoe. Bovendien blijken ouders er heel wat voor over te hebben om hun kinderen in de schoolbanken te zien.

Leren over rechten
Goed basisonderwijs betekent meer dan naar school gaan. Het betekent ook dat kinderen worden toegerust met 'levensvaardigheden'. Ze krijgen op school informatie over onderwerpen als gezondheid, goede voeding en hiv/aids. Ook leren zij wat hun rechten zijn, wat gelijkheid tussen man en vrouw inhoudt en wat vrede is. Zo verwerven ze de kennis die ze nodig hebben om hun talenten te ontplooien en een actieve rol te spelen in de maatschappij.

Inhaallessen en karate
India

Sangeeta is zestien. Ze zit op de vloer in haar schooluniform, net als haar veertig klasgenootjes. De meisjes zitten op een internaat, dat door Unicef en de regering is opgezet voor tieners en jonge vrouwen die nooit naar school zijn geweest. Tijdens een stoomcursus van acht maanden leren zij lezen, schrijven en rekenen, maar ze krijgen bijvoorbeeld ook karatelessen om zichzelf beter te kunnen beschermen.
Aan het eind van de cursus krijgen de meisjes een diploma, waarmee ze naar een normale school kunnen gaan. De ouders van Sangeeta komen haar elke laatste zondag van de maand opzoeken. Sangeeta mist het hen niet. Als ik aan thuis denk, denk ik aan al het werk dat ik moest doen. Hier leer ik zo veel. Ik leer goed over mijzelf te denken. Ik wil later ook leraar worden, zodat ik kan zorgen dat anderen zich net zo gaan voelen als ik. Ik wil hen leren wat ik heb geleerd, dat naar school gaan goed is voor meisjes.