Eilandhoppen op de Azoren

Eilandhoppen op de Azoren


Wie van mooie natuur houdt en van lekker wandelen, zit helemaal goed op de Azoren. De negen eilanden van de archipel strekken zich uit over een lengte van 600 km in de Atlantische Oceaan. Ze zijn rijkelijk voorzien van vulkanen, caldera’s en hete bronnen. Een prachtig stukje aarde, met nog weinig toeristen.



Een springende potvis! Seconden lang hangt het enorme beest boven het water en verdwijnt dan weer in de woelige golven. Ik wist dat dolfijnen en bultruggen zich graag boven hun natuurlijke element verheffen, maar potvissen, nee. Opnieuw tart de kolos de zwaartekracht en maakt een sprongetje door het luchtruim. De platte staart, de grote kop die zonder overgang in het lichaam overgaat, de korte vinnen aan de voorzijde, zelfs het kleine oog - alles is herkenbaar van de talloze tekeningen en foto’s die in de loop der tijden van dit dier zijn gemaakt.
Op veel plaatsen in de wereld is de oude walvisjacht vervangen door de walvissafari. Dat is ook hier het geval, op Pico, een van de eilanden van de Azoren. De open roeiboot, waarmee men zich vroeger op zee waagde, is vervangen door een razendsnelle zodiac. Aan het stuurwiel staat een jonge Portugees die graag wil laten zien hoe snel en behendig hij over het parcours van golven en dalen kan crossen. Het lijkt wel een rodeo. Maar zo tussen de bochten van de achtbaan door zijn er gelukkig bijzondere dingen te zien.

De stuurman staat in contact met uitkijkposten aan de wal die hem naar de plek dirigeren waar ze een spuitnevel hebben gezien. Op de achtergrond is steeds de vulkaan Pico zichtbaar, die de mooie klassieke vorm van een vulkaan heeft; soms steekt zijn witte top door de wolken heen. Een tijdje varen we in alle rust achter een groepje grijsbruine lijven aan die soepel door het water glijden. Het gaat om potvismoeders met hun jongen. Het sproeiende geluid van de ademgaten is het enige wat je hoort. Als de jonge stieren een jaar of zeven oud zijn, splitsen ze zich van de groep af en beginnen aan hun zomerse trektochten naar het hoge Noorden. In de buurt van de Lofoten duiken ze naar de donkere diepten van de oceaan om daar de reuzeninktvissen te vangen die hun hoofdvoedsel vormen. Nemen ze op de terugweg bij de Shetlands de verkeerde afslag, dan komen ze in de ondiepe Noordzee terecht en stranden dan op onze kusten.

Zwarte wijngaarden
Het plan om tegen de Pico op te klauteren hebben we laten varen. Tijdens de potvissafari hadden we al gehoord dat een flink stuk van de berg onder de top beijzeld was. In plaats daarvan volgen we een wandelpad door de wijngaarden en langs de kust.
De wijngaarden zien er zwart en eigenaardig uit. De wijnstokken blijven zeer dicht bij de grond. Ze worden omringd door stenen die de zonnewarmte moeten vasthouden. Zo lukt het de boer om in een ongunstig klimaat toch wijn - verdelho - te produceren. Een wijn nog wel die vroeger aan de Europese hoven een klinkende naam had. Veel wijngaarden zijn verwilderd en talloze huizen staan leeg. De meeste bewoners hebben waarschijnlijk hun heil gezocht in Amerika, het traditionele emigratieland voor Azoreanen. In de tuinen staan mispelbomen, daarbuiten domineert de inheemse laurier. Hortensia’s en azalea’s, die Faial en andere eilanden opfleuren, ontbreken hier. Het pad leidt naar zee en biedt een prachtig uitzicht op Heilige Joris, São Jorge, waar Friese koeien op de weiden grazen.

Bewerkt potvisivoor
Het verbod op de potvisjacht houdt ook in dat de oude traditie om potvistanden te bewerken en te beschilderen dreigt uit te sterven. In Horta, op het buureiland Faial, heeft de Nederlander John van Opstal naam gemaakt met zijn scrimshaw, zoals de artistiek bewerkte tanden heten. Twintig jaar geleden kwam hij op Faial aan. Aanvankelijk maakte hij schilderijtjes van de Pico-vulkaan, van de mooie rode molentjes op het eiland en de zeilschepen in de haven. Tot hij ontdekte dat het bewerken van ivoor veel lucratiever was.
Zijn collectie snijwerk heeft hij verkocht aan het befaamde Café Sport in het havenkwartier. Een als museum ingericht bovenzaaltje toont een bonte verzameling potvisivoor, dat tot zeepaardjes of schaakstukken is versneden. Andere tanden tonen zeemanskoppen, landschappen of taferelen van de walvisjacht.

Helse kraters
In de gelagkamer is het een komen en gaan van zeezeilers die graag hun scheepsvlaggetjes op de muren achterlaten. Bij de bar neemt het weerbericht een opvallende plaats in. De gasten laten niet alleen een vlaggetje in het café achter, maar ook een aandenken op de kademuur. Dat is geen eenvoudige opgave, want die is werkelijk vol gekalkt met maritieme graffiti. Wij kwamen er onder andere Henk de Velde tegen, die in 2001 met zijn catamaran binnenliep op zijn solotocht over zuidelijke oceanen.
In het achterland van het fraai gelegen Horta herneemt de natuur haar rechten. Dit is het gebied van helse kraters, al staan de meeste vol water. De kamers met hete magma liggen hier niet ver onder de oppervlakte. Het is dan ook niet zo vreemd dat je je aan de westpunt van Faial ineens op IJsland waant: de aarde is hier net zo kaal en kleurig als in sommige streken van dit noordelijke land. En om dezelfde reden; beide eilanden betalen nu eenmaal een prijs voor hun ligging op een barst in de aardbodem.

De Azoren
De Azoren vormen een autonome regio binnen de republiek Portugal. De negen eilanden hebben een totale oppervlakte van 2247 km² en tellen zo’n 250.000 inwoners. Het grootste eiland is São Miguel, met de hoofdstad Ponta Delgada.

Het weer op de Azoren is zeer variabel, al is de eilandengroep befaamd als hogedrukgebied waar koude noordelijke en warme zuidelijke stromen elkaar ontmoeten. De vegetatie is een mengeling van Europese en tropische soorten als palmen en bananenbomen. De hortensia en azalea groeien overal in het wild. Het Portugese karakter van de eilanden is meteen herkenbaar aan de taal, de architectuur, eigenlijk aan de hele cultuur. Misschien zijn de Azoreanen nog wel vromer dan de Portugezen; overal op de eilanden tref je wegkruisen en kleurige kapellen aan die gewijd zijn aan de Heilige Geest.