Reisverslag China, 17 dgn - oktober

Reisverslag China, 17 dgn - oktober

Betreft de China 17 dagen reis 5 oktober – 21 oktober.
Auteur: Nienke Witteveen

China - Deel 1: Shanghai

Na een paar dagen bijgekomen te zijn van de jetlag, ga ik eens proberen mijn avonturen in China samen te vatten. Daarvoor moet ik even terug in de tijd gaan, naar vijf oktober, toen ik vertrok. Mijn reisgenoten noem ik alleen bij de voorletter, om privacy te waarborgen.

Op 5 oktober stond ik met mijn vriend op Schiphol. Mijn rode backpack ingepakt, een klein bruin rugtasje op mijn buik als handbagage, en een avontuur in het vooruitzicht. Zenuwachtig was ik zeker wel, ik had geen idee wat te verwachten, en ik had zowel een aantal horror- als hele positieve verhalen over China gelezen. We dronken samen nog een kop koffie en vaag hoorde ik het nummer '9 Million Bicycles' van Katie Melua op de achtergrond spelen. Toeval? Het pijnlijkste moment was dat ik zelf door de douane moest lopen, en mijn vriend achter moest laten. We zijn nooit langer bij elkaar weggeweest dan één enkel nachtje sinds we samenwonen, en dit afscheid was voor ons beiden wel even slikken. 

Het was om die reden dat ik me bij de gate maar een beetje gedeisd hield, mochten mijn mede Djoser reizigers meteen denken dat ze met een enorm watje van doen hebben, dat al heimwee heeft als ze bij de gate staat. De reis naar Shanghai verliep voorspoedig. De enorme 747 vloog ons er in zo'n 10,5 uur heen - we hadden wind mee - en al gauw ontdekte ik een aantal van mijn medereizigers. Slapen in een vliegtuig kan ik helaas niet goed, en het mediacenter werkte niet, dat blijkbaar spontaan aansprong omdat de afstandbediening in de stoelleuning actief bleef, waardoor ik steeds opgeschrikt werd door een blauw scherm als ik er met een lichaamsdeel tegenaan beukte. Wel heb ik dankzij diezelfde apparatuur wel van X-Men: First Class kunnen genieten. Ik las Alain de Botton's  'Op De Luchthaven' waar een scene van afscheid in beschreven stond die me wel erg bekend voorkwam.

6 oktober

Na 10,5 uur woelen, klooien met die afstandbediening en proberen de Chinees naast me niet wakker te maken, luidt dan toch het verlossende woord: we zijn in Shanghai Airport aangekomen. In Amsterdam was ik vertrokken om 18.30 en we kwamen aan om 9.30 Chinese tijd. Het tijdsverschil met Nederland bedraagt 6 uur en de tijdszone is, vreemd genoeg, voor heel China hetzelfde. Langzaam druppelt onze groep bij elkaar, en na wat zoeken kwamen we een ietwat vermoeid uitziende Chinese jongen tegen met een Djoser bordje. Zijn naam bleek Kimi te zijn, en onze reisleider Rene volgde al gauw. De groep bestond uit een mengeling van vrouwen en mannen (50 - 60) en een handjevol jonge(re) vrouwen en heren (20 - 30). Aangekomen in het hotel is het even slikken. Ineens sta je in Shanghai - wat een surreëel gevoel is - en heb je kennis gemaakt met een groep totale onbekenden die de komende 17 weken je reisgenootschap vormen. Gelukkig leerden we elkaar door de dagen heen al gauw kennen en begon iedereen zich meer op zijn of haar gemak te voelen.

Het hotel waar we zitten is prachtig, ruim, netjes en versierd met Chinese kussentjes, prima om in bij te komen. Op straat, wanneer ik mijn ontbijt bij elkaar wil sprokkelen - word ik door elke Chinees aangestaard en iedereen die een beetje Engels kan probeert me gedag te zeggen. Als ik aan de gids vraag hoe dat komt, zegt hij dat we in een deel van Shanghai zitten waar er niet zoveel Westerlingen komen. Normaal zitten we in een ander hotel, wat meer in het centrum, maar dat wordt momenteel verbouwd. Aan de verbaasde en nieuwsgierige blikken van de Chinezen moest ik toen nog even wennen, maar gaandeweg werd het normaal en zelfs leuk om contact te maken. Gezien we allemaal nog een beetje gedesoriënteerd waren, werden we diezelfde dag al meegenomen voor een Chinese maaltijd en een Acrobatenshow met zijn allen. Heerlijk eten en een gezellige manier om de groep beter te leren kennen.

Chinezen eten op een iets andere manier dan wij. Er worden verschillende gerechten op een draaischijf, die de hele tafel beslaat, gezet. Je hebt een kommetje, een schoteltje en een setje stokjes tot je beschikking. De draaischijf draai je met de klok mee, je schept een beetje rijst in je kommetje en pikt stukjes van de gerechten. Als er een lepel bij een gerecht zit is het de bedoeling dat je van de lepel gebruik maakt, maar je schept in principe maar een beetje op. Op Chinese wijze eten is niet alleen heel lekker, maar ook heel gezellig, omdat het door het draaien en de verschillende gerechten echt een sociaal gebeuren is. Nog niet iedereen kon met stokjes eten, dus deden wij die het al vaardig waren ons best om het de anderen uit te leggen. De eerste dagen kregen we een vork, zodat je nog even 'vals kon spelen' als je geen affiniteit met stokjes had.



De Acrobatenshow was erg bijzonder, er werden allerlei toeren uitgehaald op fietsen, met diabolo's, met parasolletjes, waarop één akte op een nummer van Kitaro, dat ik, ondanks dat het ietwat vervormd was, herkende. Op het laatst werd er een grote ronde kooi opgevoerd, waar op zijn meest 4(!) motorfietsen door elkaar heen reden zonder ook maar één keer te botsen.  Het was een geweldige eerste ontmoeting met Shanghai.

7 oktober

Om 7.30 wakker geworden, na een ontbijt van twee kiwi's en een douche klaar voor onze allereerste dag Shanghai. Veel gezien die dag. Allereerst naar de Oriental Pearl Tower, het televisiestation van Shanghai. We beklommen de toren - met behulp van een lift - en genoten van het uitzicht. Een verdieping daaronder was de vloer van glas, waardoor je naar beneden kon kijken. Best een beetje een enge ervaring, er waren dan ook veel Chinezen die er niet op durfden. Hier maakte ik kennis met het fenomeen 'met een Westerling op de foto'. Door onze vakantie in Frankrijk was mijn haar door de zon geblondeerd, en zowel ik, maar ook andere medereizigers, moesten ineens met van alles en iedereen op de foto. Zowel jongens als meisjes. Zo grappig dat met name de meisjes vaak maar tot mijn schouder bleken te komen, voor het eerst van mijn leven voelde ik me vrij lang in vergelijking met de rest. We bezochten het museum onderaan de Pearl Tower, wat een impressie gaf van het oude Shanghai.

Na de wolkenkrabbers rond de Pearl Tower gingen we verder naar het oude centrum van Shanghai, waarvan ik geen weet had. In mijn verwachtingen had ik gewoonweg gedacht dat alles in Shanghai nieuw en modern was, dus dit oude centrum kwam als een verrassing en veroverde meteen mijn hart. Zen-tuinen, bonsai en ginkgo bomen, lotus bloemen, ronde poorten, draken en pagodes. Het is er nog, een sprankje traditioneel China. Tezamen met het prachtige weer was het een feest om doorheen te lopen. Het water barstte zowat uit zijn voegen door de hoeveelheid Koi karpers die erin vochten om het eten. We besloten de tocht in een theehuis, waar we thee mochten proeven en ik meteen wat bolletjes jasmijn thee - met een witte jasmijnbloem erin verwerkt - heb ingeslagen voor mijn vriend, een fervent thee liefhebber.

Tijd voor lunch, wederom heerlijk, we raakten al gewend aan de enorme flessen Tsing Tao of ander soort bier - die we bij het eten kregen. Tijd voor een wandeling op De Bund, een naam die je meteen laat vermoeden dat deze een Duitse oorsprong heeft, wat inderdaad zo is. De Bund geeft een geweldig uitzicht over Shanghai met de Oriental Pearl Tower als trots middelpunt.



De Jade Buddha Temple, een Chinees Boeddhistische tempel, was onze volgende bestemming. Dat was ook voor het eerst dat ik melaatsen zag, best even schrikken. Bedelaars zonder armen, met bochels, kinderen op de arm, op een soort geïmproviseerd skateboard wanneer ze niet konden lopen... Ze houden zich vaak op bij tempels, wat natuurlijk ook niet vreemd is. Vol van compassie en medeleven verlaat een gelovige de tempel, zeg dan maar eens nee tegen een bedelaar. De tempel zelf was prachtig. Er werd een dienst gehouden door de monniken, maar de meesten leken nogal afgeleid, stonden met elkaar te beppen of ons Westerse meisjes openlijk aan te gapen. De dienst voelde meer als poppenkast aan als waarlijk religieus - als je dat al van boeddhisme zeggen mag - maar was alsnog mooi om mee te maken.

Een Nederlands stelletje, dat niet bij onze groep hoorde, probeerde muntjes in een soort grote kookpot te gooien. Toen ik vroeg wat de bedoeling was schrokken ze even, logisch, hoe vaak spreekt iemand in China je in het Nederlands aan? Het stel herstelde zich en vertelde me dat het voor geluk was. Ergens vond ik een muntje van 1 yuan (1 cent) en keilde het behendig in de kookpot. Je weet maar nooit. De grootste attractie was natuurlijk de Jade Buddha zelf, waar geen foto's van gemaakt mochten worden. Een Boeddha beeld geheel van jade. Natuurlijk kwam er achter de schermen in onze groep een discussie op gang over pracht en praal, boeddhisme en de katholieke kerk. Ook ik vraag me wel eens af waarom Jade Buddha's nodig zijn, als de ware verlichting in onszelf zou zitten. Maar dat is een andere discussie.



Gezien we wat sneller klaar waren bij het Jade Museum en het diner nog niet klaar was, werden we naar het Jade Museum gebracht om de tijd even te doden. Gezien mijn hoofd behoorlijk vol zat ben ik buiten gaan zitten en heb ik wat gekeken naar de Chinese verkopers buiten. Ons diner werd dit keer in een aparte kamer geserveerd, waar we een voorstelling kregen van twee dansende Chinese dames, waarbij het niet bepaald van harte ging. Toerisme is soms iets heel vreemds. Toch maar braaf geklapt.

De dag was nog niet ten einde gekomen en we maakten nog een boottocht over de Pudong rivier, waar we de skyline van Shanghai en de bijbehorende lichtshow konden bekijken. Er stond een heerlijk briesje en het gaf ons weer de tijd om elkaar beter te leren kennen. Na de Pudong maakten we een korte stop op Nanjing Road, de grootste winkelstraat ter wereld. We waren gewaarschuwd dat men ons van alles aan wil smeren, en al gauw had reisgenoot R., Nederlands maar met Chinese ouders, me wat handige woordjes geleerd, waaronder 'bu yuo' dat betekent 'wil niet'. Dat had je bij de verkopers wel nodig. Het was een drukte vanjewelste, maar gezien we de volgende dag vrij te besteden hadden wilde onze reisleider laten zien hoe het eruit ziet en hoe we er terug konden komen. Na deze propvolle dag lag ik al gauw op één oor, nadat ik het teveel aan tijdschriften en boeken uit mijn backpack geloosd had. Ik snap nu waarom veel backpackers van alles lozen als ze op reis zijn...

8 oktober

Opgestaan wederom met een kiwi als ontbijt en koffie van een zakje aanmaak Cappuccino van Nescafe. Hemels. Taxi genomen met twee van de dames, K. en S. - R. zou meegaan maar was zijn wekker vergeten - terug naar Nanjing Road. Daar mijn eerste 'Green Tea Latte' bij Starbucks gehaald. Beetje vreemd, maar wel lekker. Ter vergelijking, een Starbucks koffie kost daar 25 - 35 yuan, ongeveer 3 euro. Beetje rondgelopen, het Shanghai Museum bekeken, wat geld gepind en in het zonnetje gezeten. De goedkoopste sushi ooit gegeten, een bakje voor 5 yuan (= 80 eurocent.)

Terug met de taxi, wat nog een hele ramp was. Hij reed ongelooflijk om, en zette ons achter het hotel neer. Omdat we het niet herkenden dachten we dat hij ons opgelicht had. Een andere taxi bracht ons naar het hotel en moest lachen om de euforie dat dit bij ons losmaakte. We moesten op tijd terug zijn om de nachttrein naar Beijing te kunnen halen en waren doodsbang aan de andere kant van Shanghai - dat 24 miljoen inwoners telt - beland te zijn. De andere chauffeur had ons hotel inmiddels ook gevonden en verwachtte betaling. Omdat de kerel het blijkbaar toch goed gedaan had heb ik beiden betaald. Daar kwamen we er ook meteen achter hoe lastig het is om te vertrouwen, in een stad waar jij hun taal niet spreekt, en zij de jouwe - in dit geval Engels - niet of nauwelijks machtig zijn. Samen kom je er echter vaak wel weer uit.

Totale opluchting. Om 16.00 vertrokken we met de bus naar het treinstation om de nachttrein naar Beijing te nemen, een rit waarin we 1200 km afleggen.

8 - 9 oktober

De nachttrein bleek een waarlijk avontuur. We verzamelden in de vertrekhal waar wij, tezamen met 8000 (!) Chinezen ons de enorm lange trein in propten. Chinezen houden niet van treuzelen, en zijn echt niet bang om te ellebogen, zodat ik op een gegeven moment gesandwiched stond tussen twee rol koffers. Toch gaat het op een gemoedelijke manier en kwamen we zonder kleerscheuren aan in de trein. Elke coupé, die allen open waren, bevatten aan weerszijden drie bedden, waarvan ik natuurlijk de hoogste had, niet voor iedereen is het gemakkelijk om via de kleine inklapbare pedaaltjes naar boven te klauteren.

De meeste Westerlingen nemen een 'soft sleeper' coupé, met 4 bedden per coupé, zoals mijn oom en tante gedaan hebben. Wij als stoere (?) Djosers werden in de 'hard sleeper' sectie gepropt, tussen alle Chinezen, die soms wat verbaasd opkeken naar die luidruchtige Nederlanders. De ‘hard sleepers’ bestaan uit 6 bedden per coupé en is net wat krapper dan de ‘soft’ versie. Verder is er eigenlijk niet zoveel verschil op te maken.

Het was net een schoolreisje. Er was heet water te krijgen in de trein, waarmee we onze gekochte noodles klaarmaakten. Er gingen chipjes en fruit rond, werd veel gelachen, en er kwam natuurlijk ook wat drank aan te pas. Bij het wachten voor het hurktoilet in de trein - met de penetrante geur van urine in je neus - bood een Chinese man me een sigaret aan die ik afsloeg. Er mocht alleen gerookt worden bij de toiletten, maar helaas kwam de rookwalm door de open deuren toch de coupes in. Slapen deed eigenlijk niemand goed. De lichten gingen uit om 10.00, maar er was altijd iets waardoor je wakker werd. Een trein die langskwam en naar binnen flitste, een hobbel in de rails, persoonlijk krul ik me graag op in mijn slaap en knalde dan tegen de stang aan die ervoor zorgde dat ik niet uit mijn bed kon vallen (ook niet onbelangrijk.)

Geradbraakt kwamen we met zijn allen aan in Beijing, rond een uur of 06.00 in de ochtend. Even opfrissen in het hotel, klaar voor de volgende stad.

China - Deel 2: Beijing

Brak aangekomen in Beijing, en daar onze nieuwe lokale gids, TK (afkorting van haar Chinese naam) ontmoet. Heerlijk geluncht in het hotel (met draaitafel en liters bier.) Ik herkende hier het eerste pinda gerecht, dat ik braaf overgeslagen heb. Vegetarisch eten was voor me verder niet moeilijk, de reisleider heb ik geïnformeerd over mijn vegetarisme en noten allergie, en hij zorgde ervoor altijd even een toelichting te geven wat ik wel en niet kon eten.

TK bleek een geweldige hulp, zij zorgde dat er altijd een speciaal vegetarisch bordje werd opgediend, zelfs al was er genoeg groente op tafel. Een schat van een meid waar ik erg fijne herinneringen aan over heb gehouden - en ik zal vast niet de enige zijn.

9 oktober

Na de lunch, met een volle fles Chinees bier (zit bijna geen alcohol in, en kost 8 yuan = 1 euro) zijn we naar de hutongs, de oude wijken van Beijing gegaan, die we per riska verkend hebben. Ik zat in een riska met een wat steviger lid van ons gezelschap, en we hadden beiden ietwat medelijden met de iele Chinees die ons door de hutongs trappelde. De naam 'hutongs' verwijst waarschijnlijk naar het Mongoolse woord voor 'water put' gezien de mongolen gewend waren hun eigen waterputten te graven, en daarom heen te wonen. Ook nu hebben vele hutongs, door de kleine woonruimte, geen inwendig sanitair, en is dat de reden dat je zoveel openbare toiletten ziet. De hutongs zijn klein, en doen ietwat vervallen aan. Kinderen spelen op straat, mannen verkopen etenswaar op straat, en de elektronica is per wijk buiten aangelegd, zodat buren niet van elkaar kunnen aftappen. Het is een vreemde gewaarwording in een wereldstad als Beijing.

We stopten bij de Drum en Bell Towers, waarvan we de eerste bezocht hebben om een geweldig drumoptreden te zien. Vroeger werd op deze manier, net zoals met onze kerkklokken, de tijd van de dag aangegeven. Ik moest weer eens met een stel jongeren op de foto, die vroegen of ik alleen reisde en met hun mee de stad in wilde gaan. Als backpacker was het een leuk idee geweest, maar ik bedankte hun uitnodiging en voegde me weer bij de groep.

Na de drumtower bracht de riska ons naar het huis van een bekende hutong bewoner. Deze man fokt al sinds zijn jeugd krekels en sprinkhanen, en schijnt erg beroemd te zijn om zijn overwinningen en de kwaliteit van zijn insecten. Hij heeft zelfs zijn huis ermee kunnen winnen, als onderpand van een weddenschap, en woont nu nog steeds, doch triomfantelijk, in de hutongs met zijn vrouw en hun enige dochter. Zoals je kunt zien neemt hij zijn sport zeer serieus, en we hebben erg gelachen om zijn overtuiging.

Wat overigens leuk is om te weten, is dat je in China mee kunt doen met loterijen, waardoor je telefoons, auto's en zelfs huizen kunt winnen. Voor sommigen is het de enige manier om aan een huis te komen. Zo vertelde lokale gids Billy, in Yangshou, me dat hij zijn iPhone 4 via een loterij had verkregen, inclusief een redelijk goedkoop abbonnement. Toen ik vertelde wat wij normaal kwijt zijn aan telefoon abonnementen sloeg hij bijna steil achterover.

We hebben daarna het Plein van de Hemelse Vrede bezocht, het Tiananmen Square, waar de protestacties van 1989 gewelddadig zijn neergeslagen door de overheid. Het plein is enorm groot, en is derde in de lijst van grootste pleinen ter wereld, met zijn 440,000 m². Terwijl ik de grote lampion bewonderde ter ere van de festiviteiten van oktober, werd ik weer aan mijn arm getrokken door een Chinese dame die, wederom, een foto wilde. In de avond ben ik met S. een hapje gaan eten in de backpackers wijk van Beijing, waar we ontzettend leuk geholpen werden door een enthousiaste Chinese dame die ons de lekkerste gerechten aanwees.

De treinreis heeft zijn sporen nagelaten, en na de WIFI uitgeplozen te hebben en een mailtje naar het thuisfront gestuurd te hebben, lag ik al gauw diep in slaap.

10 oktober

Om 6.00 op om de Muur te bekijken. Rene, onze reisleider, vertelde ons dat de meeste reisorganisaties rond 9.00 aankomen, en zo de hele Muur bezetten. Doordat we op tijd vertrokken waren we de drukte voor. Door de connecties van zowel onze Nederlandse reisleider als Chinese gids TK konden we doorrijden tot het begin van de Muur, wat ons een half uur lopen scheelde.. Daarna was het ieder voor zich, de muur op. Ik was de eerste trap nog niet op of ik werd door een Chinese jongedame van de trap geritst voor een foto, tot grote hilariteit van de groep. De rest van de Muur kon ik gelukkig ongeschonden doorlopen, en dat mocht ook wel, het was een behoorlijk steile klim. Sommige stukken zijn bijna verticaal, en zowel Chinezen als Westerlingen puften zich gezamelijk een weg naar boven. Gezien de meeste Chinezen de rechterkant van de Muur nemen (daar heeft Mao namelijk gelopen) werden we geadviseerd om de linkerkant te nemen, vele malen rustiger.



En het klopte wat onze reisleider beweerde, want toen we eindelijk een wachttoren bereikt hadden en – na even uitgerust te hebben – triomfantelijk terugliepen, stroomde ook de linkerkant langzaam vol met toeristen. Het was erg indrukwekkend om op de Muur te kunnen staan. Het was mistig, wat de foto’s een beetje flets maakte. Ondanks de mist werden we door het seizoen begroet met prachtige herfstkleuren. Grappig genoeg, had ik bij thuiskomst drie kaarten van vriendin L. in de bus, waaronder één van de Muur met precies die prachtige herfstkleuren. Synchroniciteit is iets moois.

Na de klim op De Muur stonden we beneden op elkaar te wachten, waar we nog om en om een Chinese baby in onze armen gedrukt kregen, wederom voor een foto, die ik waarschijnlijk nog van iemand ga ontvangen.

Onze dag zat er nog niet op, we vertrokken naar het Zomerpaleis, om daar heerlijk rond te lopen. Gezien ik rond die tijd behoorlijk vol van alle indrukken was, ben ik er alleen op uitgetrokken, rustig rondgekeken, foto's gemaakt van de prachtige tuinen, door het bos gewandeld, en heb ik mezelf getrakteerd op een nep jaden armband van 15 yuan en een even zo neppe haarspeld voor in de avond, voor de Beijing Opera.



Tijdens de Opera kon ik mijn ogen moeilijk open houden, zo moe was ik, en het traditionele Chinese gezang - gedaan door heren, alleen mannen spelen in de opera, net zoals in de Middeleeuwen bij ons vroeger - kostte wat moeite om te kunnen waarderen. We zagen de voorstellingen 'You and Me', 'Day and Night', 'Mother and Son' en de zeer bekende 'Drunken Concubine.' Voor ons bijzonder om te zien, voor de meeste Chinezen nostalgisch sentiment, zoals R. me toefluisterde. Hij wist zeker dat dit bij zijn ouders heel wat te weeg zou brengen, en bracht dan ook een boek voor ze mee.

Na de voorstelling een gezamenlijk diner. Op een plein buiten, in het donker, werd er door een groep Chinezen in Westerse stijl gedanst. Echtpaar M. en D. (65 en 70 jaar (!) en ontzettend vitaal) dansten op mijn aandringen even mee, en D. heeft mij ook nog over de dansvloer gesleept. Of de Chinezen het leuk vonden, weten we niet, maar wij hebben genoten. Langzaamaan terug naar ons hotel, nog geslenterd door de wijken, waar iedereen om 12.00 nog zat te eten, verkopen en bij te praten, om weer in slaap te vallen in ons hostel.

11 oktober

Weer vroeg uit de veren om naar de Verboden Stad te gaan. Een enorm complex, en het stikte er van de Chinese toeristen. Toch wat mooie foto's kunnen schieten, en zij wederom met ons. De tocht door de Verboden Stad telde al gauw 20 kilometer. We hadden tot 17.00 de tijd, dus keken op een praktische manier rond in de Verboden Stad, en namen met zijn tweetjes de taxi naar de Lama Temple, het grootste 'Tibetaanse' tempelcomplex buiten Tibet. Eerst nog samen gegeten in een vegetarisch restaurant ernaast, waar ook veel nonnen en monniken en een boeddhistisch altaar te vinden waren.



De Lama Temple was niet echt Tibetaans, al liepen er een hoop Tibetaanse vrouwen rond, met prachtige gele kralen in hun haar. We hebben er even rondgekeken, gezien hoe ze wierook per drie stokjes verbranden of per hele bossen, die onze ogen deed tranen. Het meest imposante was een Buddha van bijna 12 meter lang, echt een enorm beeld. De monniken verzochten ons met klem om geen foto's te maken, iets wat ik herken uit Lerab Ling en dus ook niet gedaan heb.

In de avond konden we een Pekingeend diner nemen. Gezien ik wellicht maar één keer in mijn leven in Peking zal zijn, heb ik mijn vegetarisme voor één avond afgezworen om een paar stukjes te proeven en te delen met mijn reisgenoten. De eend ging helemaal op, wat me ergens toch een beter gevoel geeft als dat de helft blijft liggen. Na de Pekingeend gingen we naar een beroemde Kungfu Show, die zeer spectaculair was. Foto's maken was streng verboden, en mocht pas aan het eind van de voorstelling. Men was bang dat de choreografie van de show anders gekopiëerd zou worden.

Na deze drukke dag kreeg ik een kleine inzinking. Ik had aan alle activiteiten vanaf Shanghai meegedaan, en de korte nachten en lange dagen hakten er erg hard in. Ik sliep die avond slecht en vroeg me af hoe ik dit tempo in vredesnaam nog 1,5 week vol kon gaan houden. Ik bedacht me dat Djoser reizen niet voor niets optionele excursies hebben. Voor de volgende dag was een vrije dag gepland, maar we konden vroeg naar de Tempel van de Hemel om daar Tai Chi te zien en in het park te zitten.

12 oktober

Dat heb ik dus allemaal even heerlijk afgeslagen. Terwijl de meesten de Tempel van de Hemel in alle vroegte bezochten, ging ik op mijn gemak rond kuieren in de straten van Beijing. Kocht een paar kleine souvenirs voor thuis - veel past er niet in mijn backpack, dus enkele kleinigheden meegenomen. R. en ik waren de enige backpackers, en ook de enige die echt op onze kilo's moesten letten, gezien er gewoon niet veel massa in een backpack gaat. Het heeft me wel geleerd dat ik dus prima 3 weken uit een backpack leven kan.

Ik liep de winkelstraat in deze vroege uurtjes heen en weer en kwam uiteindelijk terug bij het hotel waar ik een eerste cappuccino gedronken heb - een beetje vreemd, maar goed te doen - en een 'Women of China' editie gelezen heb, in de backpackers lounge van het hotel, met heerlijk zachte kussens. Via WIFI wat mailtjes en foto's verzonden en even heerlijk bijgekomen. Op een gegeven moment begonnen de eerste deuntjes van Enya's 'Wild Child' te spelen en ik waande me met een kop koffie aan mijn lippen bijna thuis. Totdat de zang van het nummer begon en ik bijna in lachen uitbarstte boven mijn koffie: het nummer bleek nagemaakt in het Mandarijn. De Chinese kopieerdrang blijft me verbazen, en ik probeerde te genieten van deze Chinese versie van Enya. Een beetje thuis en een beetje erg ver weg...

Nog even met S. en TK naar de apotheek voor een soort 'tijgerbalsem' gezien S. last had van haar spieren en om 14.00 vertrokken naar het treinstation voor de nachttrein naar Xi'an. Afscheid genomen van TK, die me veel over haar leven verteld heeft. In het bijzonder over haar wens voor een dochter. Zij en haar man hebben al een zoontje, maar ze wil graag nog een dochter. Ondanks de éénkinds politiek, mag je wel meerdere kinderen krijgen, in ieder geval in de grote steden, maar daar dien je wel een boete voor te betalen. TK is dus nu aan het sparen voor haar dochter, omdat ze de hoogte van de boete al van te voren weet.

Wederom een groot verschil met het Westen. Wij sparen natuurlijk ook voordat we aan kinderen beginnen, omdat die toch kosten met zich mee brengen, maar we hoeven geen boete te betalen omdat we een tweede op de wereld zetten. Afscheid genomen van TK en haar een hele gezonde, mooie dochter toegewenst.

De nachttrein naar Xi'an leek op de trein die we naar Beijing genomen hadden, maar dan net iets anders, nog wat meer open. Dit keer mochten we via de 'Business Class' zodat we voor alle Chinezen de trein in konden, zodat het aan boord gaan wat rustiger verliep. Wederom een leuk schoolreisje en slecht slapen. Nu wisten we echter wel wat we konden verwachten.
Om 5.00 / 6.00 's ochtends kwamen we weer behoorlijk brak aan in Xi'an.

China 2011 - Deel 3: Xi'an

13 oktober

Na een gezellige nachttrein met weinig slaap komen we om 6.30 aan in Xi'an, met ietwat vertraging. Iedereen is gaar van de reis. Het hotel bevindt zich tegenover het station van Xi'an, zodat we niet ver hoefden te lopen. Gezien we zo vroeg aankwamen en het hotel compleet volgeboekt bleek duurt het even voordat we onze kamers in konden. We aten alvast een klein ontbijt en maakten kennis met onze nieuwe locale gids, een sjieke miljonairs dochter genaamd Doris. Later hoorde ik dat haar vader, na zoveel dochters, eigenlijk een jongen wilde, en heeft haar om die reden een mannelijke naam gegeven. Thanks dad. Na een uurtje wachten krijgen we onze kamers, en ik kan eindelijk een warme douche nemen.

Dat de schimmel tegen de wanden staat deert niet op zo'n moment, het is al fijn genoeg om de warme stralen tegen je rug te voelen. Mijn douche in het vorige hotel liet namelijk de hele badkamer onderlopen, en dat was een kleine uitdaging om steeds weer op te lossen. Hier had ik echter weer een kleine cabine waardoor het water braaf door het putje liep. Van de rare 'Engrish' vertalingen in de badkamer heb ik nog een foto gemaakt.

We wisten al dat er een fietsronde op de grote muren van Xi'an, de vroegere stadsmuren, gepland stond. In de trein, waar iedereen ontzettend brak was, klonk een 12 km tocht ons niet al te best in de oren. Maar na een warme douche, met een zonnetje in de lucht, ziet de dag er toch een stuk beter uit en besloten we allemaal toch mee te gaan. Een mooie tocht op brakke fietsjes zonder vering, wat een boel geklappertand tot gevolg had. Ondanks dat, was het heerlijk in de warme zon en het frisse briesje. Genoeg tijd voor foto's, zo ontdekten we nog een Tibetaanse Tempel en een man op de fiets met een gigantisch schilderij.

Na de fietstocht van 13 km puften we uit bij het eindpunt. Overal stonden podia, waarschijnlijk van een soort muziek festival. Door een grote windvlaag kwam ineens één van de podia naar beneden zetten, die met een donderend geraas op de muur knalde. De Chinese dames die er vlakbij stonden zetten het op een lopen. Niemand raakte gewond, maar er hadden zo wat Djoser fietsers die nog binnen moesten komen onder kunnen liggen. Er kwam ook verder niemand in actie, het podium stuk bleef liggen waar het was neergekomen. Eind goed al goed.



Ondertussen hadden we een gezonde dosis trek gekregen en gingen we eten bij een uniek Dumpling restaurant in Xi'an. Alleen hier kun je dumplings krijgen die kunstig hun inhoud verbeelden of gelukssymbolen voorstellen. Zo kwamen er konijntjes, zwaantjes, walnootjes en ander kunstige werkjes op tafel. Het uitleggen dat ik vegetarisch eet en een noten allergie heb - Doris was natuurlijk nog niet op de hoogte - bracht een behoorlijke commotie op gang, zodat ik uiteindelijk met veel te veel eten omringd werd, dat ik maar met mijn reisgenoten gedeeld heb.

Helaas ging het mis bij de soep die we als toetje kregen. Ik kreeg een aparte soep met waarschijnlijk walnoten of pinda olie. Een snelle tour door de Islamitische wijk van Xi'an en een Chai Tea Latte bij de Starbucks gehaald als troost. Daarna de hele middag plat gelegen tot het ergste voorbij was. Ik was toen ook nog eens behoorlijk verkouden, geen charmante combinatie moet ik zeggen. Liefdevol verzorgd door reisgenote S. en onze reisleider. Gelukkig was het 's avonds voorbij en heb ik een bakje noodles gehaald.

Toen ik in de schemer alleen de straat op wilde kreeg ik wel lichtelijk claustrofobische neigingen. Xi'an is een immigranten stad, zoals je op de kaart kunt zien is Xi'an de enige grote stad in de wijde omtrek, zodat er veel plattelandsbevolking naar de stad trekt. Dat zorgde ervoor dat ik door bijna iedereen werd aangestaard en soms aangesproken. Het was dan ook behoorlijk druk op straat. Het geeft me een onprettig gevoel om langs een McDonald's te lopen en te zien dat de hele inhoud van de tent je aanstaart met ogen als schoteltjes. Na een rondje was ik het dan ook een beetje zat en vluchtte terug het hotel in. Daar kwam ik S. tegen, en samen was het al een stuk prettiger om op straat te lopen. Het zal aan de locatie gelegen hebben, zo vlakbij een treinstation. Denk je in dat je in een hotel zit tegenover Amsterdam CS. Zoiets. Ik was daarbij blij dat we maar twee dagen in Xi'an zouden zijn.

14 oktober

Hier kwamen we natuurlijk voor in Xi'an, het wereldberoemde Terracotta Leger. Dankzij de antihistaminica heb ik de nacht als een blok geslapen, maar het zorgde ervoor dat ik ook in de bus naar het terracotta leger steeds in slaap dommelde. We stopten eerst bij het Terracotta Museum, op de een of andere manier kreeg je, als je daar geweest was, een soort extra kaartje waardoor je het Terracotta Leger zelf sneller in kwam. Het was in ieder geval leuk daar rond te kijken. Ik liet me nog bijna zelfgemaakte, veel te dure oorbellen aansmeren, en ben achteraf blij dat ik met mijn aankopen tot Yangshou gewacht heb, zoals Rene al adviseerde.



Bij het Terracotta Leger zelf kon ik mijn ogen natuurlijk prima openhouden. De man die het leger ontdekte - toen hij met zijn collega's een waterput aan het graven was stuitte hij op het leger - was aanwezig om boeken te signeren. De enorme velden voor beelden waren heel indrukwekkend. Ik heb me altijd afgevraagd waarom ze de tombe van de keizer zelf nog niet uitgegraven hebben. Dat bleek twee redenen te hebben. De ene is dat eigenlijk alle beelden geverfd zijn, maar bij blootstelling aan zuurstof lost de verf op binnen 20 minuten. Men zoekt nog naar een manier om de kleuren te kunnen behouden. Ten tweede heeft de keizer voor zichzelf, naast het enorme leger, een echt dorp na laten bouwen in zijn tombe. Met een echte rivier. Van puur kwik. En dat wil je niet zomaar openmaken, gezien kwik erg giftig is. Ook daar zoekt men nog een goede oplossing voor.

Een vreemd idee dat een keizer zichzelf zo belangrijk vond om dit allemaal voor zijn dood te bewerkstelligen. Bij de Piramiden in Egypte vind je natuurlijk ook zoiets, maar daar kwam het ook voort uit geloofsovertuiging, de farao was immers de Zonnegod. Deze keizer Qin, die China samengevoegd heeft uit alle losse provincies en volkeren, had eerder wat last van grootheidswaanzin en wellicht wat narcistische trekjes, als ik zo vrij mag zijn. In eerste instantie was het zijn bedoeling om honderden krijgers te laten doden om mee te nemen in zijn graf wanneer hij zou sterven. Toen zijn adviseurs hem voorzichtig vertelden dat dit hem erg impopulair zou maken bij het volk stemde hij in om ze dan na te maken van... klei. Vandaar het enorme leger en later het dorp.

De middag was vrij te besteden, toen heb ik niet echt iets interessants gedaan, een beetje inpakken, wat rondlopen en weer een bak noodles als avondeten gegeten.

De volgende ochtend om 4.30 (!) op, met de bus naar Xi'an Airport om het vliegtuig naar Guilin te pakken, waarvandaan we met de bus naar Yangshou vertrekken.

China - Deel 4: Yangshou

15 oktober

Daar komt dan mijn favoriete plek in China...  het backpackers walhalla Yangshou. Zoals je hebt kunnen lezen in mijn vorige bericht van Xi'an, stonden we daar om 4.30 op voor de bus naar het vliegveld van Xi'an. Gezien de printer bij de incheckbalie stuk was - en zo onze boarding passen niet uit kon printen - werd het een close call om ons vliegtuig te halen, maar dat ging natuurlijk op het laatste nippertje allemaal goed. Al gauw zag ik waarom we het vliegtuig pakten in plaats van een trein of een bus. Het vliegtuig raampje van Continental Airlines liet me eindeloze bergruggen zien. Daar doorheen banen had ons dagen, dan al niet weken gekost. Het vliegtuig vloog er netjes overheen en deed ons in anderhalf uur tijd in Guilin belanden. Toen we uitstapten werden we omsloten in een prettig warme deken, met de zon hoog aan de hemel. In Xi'an was het aan de koude kant, gezien het vrij noordelijk ligt, het zuidelijke Guilin daarentegen is terecht tropisch te noemen.



Met onze brakke koppies stapten we in de bus naar Yangshou, waar iedereen kennismaakte met Billy, onze nieuwe lokale gids, die ik later nog veel beter zou leren kennen. Hij sprak heel wat woordjes Nederlands, wat tot grote hilariteit leidde in de bus. Tel daar het adembenemende uitzicht van Guilin bij op: Het Karstgebergte in de verte, enorme bossen bamboe en duidelijk prachtig weer, en je kunt wel raden dat de stemming er ondertussen goed inzat. Eenmaal aangekomen bij het Li River hotel in Yangshou konden we niet wachten om ons even op te knappen en Yangshou te verkennen. Eerst maar eens lunchen in 'Twin Peaks' wat later onze uitvalsbasis zou worden, in het centrum van het dorp. Ze hadden er ook nog eens gratis WIFI, dus even mailen met mijn lief zat er eindelijk weer in. De WIFI in Xi'an heeft niemand aan de praat kunnen krijgen, en R. verhalen over rochelende Chinezen in een internetcafé sprak mij nu niet bepaald aan. .

Yangshou is één van de plekken waar het toerisme in China voor het eerst op begon te bloeien. Velen kwamen via Hong Kong naar Yangshou om vanaf daar verder China in te trekken. Het barst er dan ook van de verschillende hostels en eettentjes, overal kun je een English breakfast halen, en in de meeste zie je overal inmiddels wees geworden Lonely Planet edities liggen.

Een favoriet zou later 'Kelly's Café' blijken, een aanrader uit diezelfde Lonely Planet gids. Gezien de toeristenbranche er goed opgekomen is, kun je in de marktjes van Yangshou van alles kopen, van oorbellen tot zeep met pandafiguurtjes, van hippiejurken tot cowboyhoeden. Eerlijk gezegd werd de verleiding voor mij wel heel groot om een foute wijde hoed te kopen en een hippiejurk en nooit meer uit Yangshou weg te gaan. Zoals je ziet heb ik me beheerst, dat mijn lief er niet was hielp natuurlijk mee aan mijn thuiskomst. Maar ik heb er stiekem een beetje mijn hart aan verpand.



Die liefde werd versterkt toen we in de namiddag een boottocht per bamboevlot over de Li rivier maakten. (PS: voor mijn oom, we kwamen nog langs 'The Giggling Tree' maar konden er helaas niet stoppen) Het waren tweezitjes, en ik trok reisgenoot R. aan zijn arm om er samen eentje te nemen. En het was echt genieten, volgens mij voor iedereen. Het was zo'n 26 graden, heerlijk zonnig, het water was rustig, en het landschap schilderachtig. Dat we af en toe onderbroken werden door dames die ons bier en cola wilden verkopen, malle hoedjes en bloemenkransen op wilden zetten - en verkopen - en dat we verplicht moesten stoppen om een foute foto te kopen omdat we van een waterval af kwamen storten, hinderde ons niet.

Er heerste een relaxte energie op het water, die speelsheid tot gevolg had, zoals je hieronder kunt zien, toen een Chinese het stokje van haar gondelier overnam, en zichzelf en iedereen die erlangs voer nat begon te spatten.

Op een gegeven moment legde onze 'gondelier' aan bij een enorm vlot waar een familie zat te eten. Eerst werden we aangemoedigd mee te eten, wat we beleefd afsloegen. Toen moesten we bier kopen. Je herinnert je vast hoe enorm de flessen bier in China zijn, dus ik kocht er eentje. Kreeg ik ineens geen wisselgeld terug, bleek ik de maaltijd van de gondelier te moeten betalen. De meesten kochten bier voor hem, dat hadden wij nog niet gedaan, dus betaalden we zijn eten. Ook goed. Toen besloot het hele vlot (!) dat ze met me op de foto moesten. R. heeft zelf een Chinees uiterlijk, dus hem vonden ze ietwat minder interessant, maar met de Westerling, tjah, dat is natuurlijk een ander verhaal. Voorzichtig kwamen ze één voor een op ons vlotje staan, totdat een licht aangeschoten mafkees in een oranje shirt ons vlot op rende voor een foto, en ons bijna met zijn drietjes in het water liet belanden. Zoals altijd ging het net goed en kwam de gondelier eindelijk terug om ons verder te roeien. Ik was hem al bijna gaan halen...

In de avond bezochten we een prachtige openluchtshow genaamd 'Impression' met het Karstgebergte als achtergrond. Door er gekleurde spots op te zetten werden de bergen het decor van een, waarschijnlijk prachtig, verhaal, waar we niets van konden volgen, want alles was in het Manderijn. Wat we wel zagen was spectaculair, er deden ruim 2000 acteurs aan mee, er werden fakkels verlicht, dansen opgevoerd, prachtige rode doeken uit het water heen en weer gegolfd en op het laatst liepen er zo'n 300 meisjes het 'toneel' op, met bijzondere jurken met lichtjes erop genaaid. Het aan en uit gaan van de jurken in het donker leverde een spectaculair schouwspel op. De voorstelling is elke avond uitverkocht en Djoser zorgde voor plaatsen op de eerste rij. Puur genieten.

Wel even in de weer geweest met DEET voor de muggen natuurlijk, Yangshou is de eerste plek waar we richting de malaria mugjes komen. Voor zover ik weet hebben we enkel jeuk gehad van de paar beten die we opliepen.

Overigens hadden we enorm geluk met onze prachtige dagen in Yangshou. We bleven er 4 heerlijke dagen, sommige Djosergroepen hebben er alleen maar regen, want ook hier komen moesson regens voor, wat dat betreft is het een beetje geluk hebben. Yangshou in de regen was toch zeker minder idyllisch geweest dan het prachtige zonnige Yangshou wat wij meegemaakt hebben.

16 oktober

Na een heerlijk nachtje slapen - ik slaap in China meestal als een rotsblok - euh - roosje - werd ik weer eens vroeg wakker. Omdat ik de 4 wanden van de hotelkamer al gauw zat ben besloot ik te ontbijten in het hotel. Dat was nogal een saaie, en vrij eenzame bedoening, ik was de eerste en enige in de zaal, dus ik slurpte al gauw mijn koffie op en liep het dorp in. Daar kwam ik M. en D. tegen, een echtpaar uit onze groep, en ontbeet nogmaals - met alleen een goede cappuccino - met hen in het veel leukere Kelly's. In datzelfde straatje vonden we ook de rest van onze groep, her en der verspreid over leuke eettentjes. We shopten nog wat souvenirs (3 paar oorbellen voor 30 yuan = 3 euro) en maakten ons toen klaar om rond 10.00 onze fietstocht door het platteland van Yangshou te beginnen.

Het was 26 graden en volop zon, dus ik had mijn speciaal hiervoor gekochte bandana met UV bescherming over mijn hoofd getrokken, voordat we de 30 kilometer tellende tocht startten. Tot onze opluchting waren deze fietsen van een stuk betere kwaliteit dan die in Xi'an, en ik koos voor een leuk roze model. Billy ging ons voor, en een andere jongen sloot onze colonne, mocht er iemand van ons achterblijven en totaal de weg kwijt raken. De fietstocht was heerlijk, over onverharde wegen, dwars door het Karstgebergte.

Het Karstgebergte komt niet alleen hier voor, maar op meerdere plekken op de wereld. Deze 'bergen' lagen vroeger op de oceaanbodem, en bestaan niet uit omhoog gestuwde platen, maar uit koraal - en dus kalk, wat later op het land compleet begroeid is geraakt, in dit geval veelal met bamboe. Vandaar dat deze 'bergen' zo'n bijzonder uiterlijk hebben.



We onderbraken onze fietstocht bij Moonhill, de Maanheuvel, een berg met een maanvorming gat in het midden, wat me deed denken aan de arch waar we in Utah geweest zijn. Er was eerst gelegenheid voor een welverdiend drankje, en dan zouden de mensen die het aandurfden de 800 treden naar de Moonhill kunnen beklimmen. Dat waren er, na zo'n 20 km fietsen, maar een paar en natuurlijk (toch?) ging ik met ze mee.

De weg naar boven was behoorlijk steil en zwaar in de hitte, er liep een dametje met ons mee die ons bier, cola en water wilde verkopen, en ons constant koelte toe wilde wuiven met een bamboe waaier. Gezien ik al van de reisgids gehoord had dat ze hier later geld voor zou vragen, woof ik haar vriendelijke bedoelingen weg, zodat ze verder ging bij mijn hijgende collega. Na een paar stops onderweg bereikten we de top van Moonhill. Daar kocht ik wel een blikje bier, waar ik natuurlijk teveel voor moest betalen, maar dat maakt je als zwetende overwinnaar niet veel meer uit, en dat weten die dames ook. Toen we even stil wilden staan werden we gemaand door te lopen. Er waren boven ons jongens aan het abseilen aan de de binnenkant van Moonhill, en enkele minuten voordat we er liepen was er een rotsblok naar beneden gekeild.



Het uitzicht vanaf Moonhill was het helemaal waard. Eenmaal beneden waren we uitgehongerd, dus heerlijk gegeten en daarna weer op het fietsje gesprongen, al werden we nog even achterna gezeten door de dametjes met hun verkoopwaar. Onderweg nog wat foto's gemaakt van het uitzicht, van soja boontjes en peperplantjes.



Bij aankomst bij het hotel maar even gedoucht, want 30 kilometer fietsen en 800 traptreden op maken je niet erg aanlokkelijk om bij in de buurt te zijn. Daarnaast zou ik met R. F. en Billy een kroegje in duiken, dus trok ik een topje aan, sloeg mijn net gekochte zwarte sjaal om en deed mijn nieuwe oorbelletjes in. Little did I know dat Billy ons naar een echte Chinese nachtclub, genaamd de V8, mee zou nemen. Billy, uitgedost in zijn beste Elvis tenue, losgeknoopt tot aan zijn borstkas, trok ons mee naar binnen naar een tafeltje, waar binnen no time 12 blikjes Budweiser en wat te knabbelen op verschenen. Billy's vriend Jerry - door hem liefdevol 'Mietjuh' genoemd omdat hij niet tegen alcohol kon - dronk zijn bier uit de kleine glaasjes die overal op de tafeltjes stonden. Er werden optredens gegeven door danseressen en zangeressen, Billy kende ze allemaal, tot de eigenaars van de club toe. Het duurde dan ook niet lang of we werden de attractie van de avond.

Chinezen laten zich, voor zover ik dat kan beoordelen, in ieder geval die avond, niet gauw gaan. Velen waren aan het dobbelen, drinkspelletjes aan het spelen, of een beetje nietszeggend voor zich uit aan het staren. Toen ik tegen de danseres vertelde dat de jongens en meisjes er zo stilletjes bijzaten, stond ze lachend op en trok er een paar het podium op. Ik klapte lachend in mijn handen, en was natuurlijk meteen zelf de pineut, ook ik moest het podium op. Er stond ook een paal op dat podium. De jongens vonden het erg 'cool' om daar even aan te hangen. Nog 'cooler' was het om er door je vrienden even ingehangen te worden.

Terwijl ik het gadesloeg werd ook in naar voren geduwd en door acht kleine Chineesjes in de paal gehesen. Wat je al niet meemaakt op je reizen door China. R. en W. kwamen natuurlijk niet meer bij, en ook zij werden geregeld het podium opgetrokken. Het werd een hilarische avond. Het moment dat we het podium opgetrokken werden werd er geklapt, met ons gedanst, en foto's gemaakt. Om 2 uur sloot de tent en was het uit met de pret. Buiten zat er een groepje op krukjes een soort saté te eten aan een laag tafeltje. Ze gebaarden al gauw dat we moesten gaan zitten, en ze boden me drie saté stokjes op een rij aan omdat ik ze niet kon uitleggen dat ik vegetarisch eet.  Gezien we morgen nog wat waard wilden zijn besloten R. en ik terug te gaan naar het hotel, terwijl W. nog geïntrigeerd achterbleef om een sateetje mee te pakken. Uitgaan in Yangshou is een aanrader als je wat jonger bent en het leuk vindt om de bevolking op een andere manier te ontmoeten.

17 oktober

Ietwat brak opgestaan. Wat wil je na zo'n avond. Wederom vroeg richting Kelly's gelopen, ontbeten met een high fiber ontbijt en een straffe bak cappuccino. Later vergezeld door D. M. en S. Om 10.00 zouden we tai chi les krijgen in het park van Master Yang, een origineel lid van de Yang familie die de Yang Stijl ontwikkeld heeft. Ik speelde een klein beetje vals omdat ik al eerder tai chi gedaan heb, ondanks mijn brakke lichaam ging het me vrij goed af. Heerlijk om dat weer te doen, en helemaal leuk om het in een park tussen alle Chinezen te doen. Wederom werd ik aangesproken door een toeschouwer. 'Jack' - ze hebben allemaal Westerse namen, wilde alles van me weten, waar ik vandaan kwam, of ik mijn naam in zijn boekje wilde schrijven, en uiteindelijk, schoorvoetend, of ik een vriendje had. Hij vertelde enthousiast over zijn geboortestad (dorp?) in het zuiden, in Heinan. Het was erg leuk om even met hem te praten en ik draaide de zaken om door hem te vragen te poseren voor een foto.

Jack vertelde dat hij Amerikaanse en Westerse cultuur enorm interessant vindt. Hij vertelde dat hij laatst de cultfilm ‘American Beauty’ bekeken had en er weinig van gesnapt had. Dat leek met niet vreemd, ‘American Beauty’ is een duidelijke verwijzing naar de Amerikaanse cultuur, en behoorlijk in strijd met de Chinese. Ik vond het wel heel mooi dat hij dat nu net omhoog bracht, en we hebben er nog een tijdje over zitten praten.

Na de tai chi hebben we het park bekeken, schoenen uitgezocht met W. en gelunched bij Twin Peaks. R. en ik zaten daar van onze rust te genieten, tot dat bleek dat de hele groep, los van elkaar, besloten had om bij Twin Peaks te lunchen, dus al gauw zat heel Djoser weer op het balkon van Twin Peaks. C. liet een leuk Chinees jurkje zien dat ze voor 50 yuan had gekocht. Gauw at ik mijn resterende bambi op zodat ze kon laten zien waar ze het jurkje gehaald had. Ik kocht een wit exemplaar met een pauw erop geschilderd. Het 100% silk wat erop staat geloof ik niet helemaal, maar ik zal er desondanks heel voorzichtig mee zijn.

De boottocht was prachtig, we zagen mannen watergras verzamelen voor de waterbuffels, die zelf badend in het water verdwenen.

We bezochten een dorpje en maakten een mooie groepsfoto bij de dorpstempel. Eenmaal terug was het tijd voor een afscheidspraatje van Rene en bij iedereen begon het langzaam te dagen dat de reis er bijna opzat. Helaas. Gelukkig zou Rene nog met ons meereizen naar Hong Kong, en uiteindelijk zelfs met ons meegaan naar Amsterdam, gezien hij weer even naar huis kon gaan. We hebben een ontzettend leuke tijd met hem gehad, en waren er ook niet bepaald rouwig om dat hij ons de hele reis tot het eind zou vergezellen. Hij heeft ons een fantastische tijd bezorgd in China.

Eenmaal terug gingen we toch nog even Yangshou in - waarop we, denk ik, allemaal wel een beetje verliefd geworden zijn - om nog wat te winkelen en te besluiten met piña colada's drinken bij Twin Peaks, waar F. een rondlopende fluitverkoper 'Vader Jacob' leerde (en wij het in canon meebleerden) en per ongeluk een aangrensende slipperstand omkieperde, waardoor de (nep?) Crocs over de winkelstraat heen rolden. Het was zo weer opgelost en we hebben ons goed vermaakt. Toen we langs de V8 liepen werden we herkent en probeerden ze ons voor die avond weer naar binnen te krijgen, maar we besloten dat het voor nu wel even welletjes was.

Terug in de hotelkamer pakte ik alles weer in, ook de naar rook stinkende uitgangskleren waar ik me even geen raad mee wist. Ik wist toen al dat ik Yangshou zou gaan missen en vertelde Billy dat ik zeker graag terug zou komen. Hij vertelde me dat ik alleen maar hoef te bellen of mailen als ik weer terug wil komen. Fijne connecties, en terugkomen wil ik zeker, wellicht om dan het zuiden van China verder te ontdekken. Eerst maar slapen en dan morgen met de bus naar Guangzhuo - het vroegere Canton. Yangshou ga ik zeker missen.

China - Deel 5: Guangzhou en Hong Kong

18 oktober

Met een bus vertrekken we uit geliefd Yangshou naar Guangzhou, het vroegere Kanton. De busreis zou ongeveer zes uur duren in een luxe exemplaar met airco. Natuurlijk wil het lot dat de airco het begeven heeft, en staan we een halfuurtje te wachten bij de garage. Gelukkig was het manco in 20 minuten opgelost, tot opluchting van iedereen, de reisleider in het bijzonder. De busreis vond plaats op de nieuwe snelweg tussen de twee plaatsen.

Doordat de snelweg zo nieuw was moesten we goed timen wanneer we stopten voor een plaspauze, zoveel mogelijkheden waren er niet behalve de bosjes, een paar onprettige momenten in de bus zorgden ervoor dat met name wij dames er goed op gingen letten om niet teveel water achterover te slaan. Een volle blaas, een schokkende bus en de wetenschap dat de volgende stop pas over een half uur is doet weinig goeds voor je humeur. Zes uur in een bus mag vrij lang lijken, maar daarvoor was het alternatief de trein, die er 21 uur over zou doen, mede doordat de trein bij alle dorpen stopt en zo een detour maakt richting Guangzhou.

Eenmaal aangekomen belanden we in een net hotel in het centrum van Guangzhou. Ik stelde voor met een aantal reisgenoten om half 7 af te spreken in de lobby om echt Kantonees te gaan eten, gezien we maar één avondje in Guangzhou verbleven, was dat ook bijna wel een must. Boven op mijn kamer aangekomen zag ik dat het bed qua beddengoed precies leek op dat in Yangshou, wat heerlijk zacht was, en ik plofte er gelukzalig op... en veerde niet terug. Het bed was helaas zo hard als een plank. Niets aan te doen, en het is maar voor een nachtje.

Rond half 7 verzamelden we ons met de jonge garde in de lobby. Ondertussen had R. onze gids Rose, een Mandarijnse jongedame, gevraagd om ons een goed restaurant te wijzen. Tot onze vreugde besloot ze zelf ook mee te gaan. Rose is niet een officiële 'local guide' maar een 'transfer guide' wat inhoudt dat ze enkel de transfers tussen Guangzhou en Hong Kong regelt en mensen van het vliegveld naar Guangzhou brengt. Een kans om eens op pad te gaan met een groep pakte ze dan ook met beide handen aan.
Zo vertrokken R. W. S. C. en C. samen met Rose naar een Kantonees restaurant in de buurt. De temperatuur was nog steeds heerlijk, Guangzhou had weer een hele andere uitstraling als de andere steden. Een soort relaxte zakelijkheid. Ook hier werden we wel gadegeslagen, maar verder niet aangesproken. Onderweg kwamen we D. en M. tegen, die ook wel met ons meewilden. Eenmaal aangekomen in het restaurant bleek dat we een privé vertrek konden krijgen als we meer dan 400 yuan zouden uitgeven (zo'n 50 euro) en daar kwamen we met zovelen natuurlijk makkelijk aan.

Eenmaal binnen begon er wat commotie te ontstaan. R. wilde graag slang eten, en Rose probeerde te regelen of dat mogelijk was. Er waren maar twee menu kaarten, en Rose was heftig aan het overleggen met de Kantonezen, terwijl ze zelf ook maar een klein beetje Kantonees sprak. Ook vertelde ze ons in gebrekkig Engels dat we voor elke kop thee die ingeschonken werd moesten betalen. Er liepen drie serveersters om ons heen met thee en onleesbare blikken, en je voelde de energie in de groep chaotisch worden. Mensen werden ongeduldig omdat ze niet zelf in de menukaart konden bladeren, Rose haar gebrekkige Engels zorgde ook voor wat wantrouwen, en de meesten waren niet op de hoogte van R.'s wens om slang te eten, waardoor er angst ontstond dat we de hele avond exotische en bizarre gerechten moesten eten.

Rose vertelde R. dat hij niet zomaar een gerecht met slang kon eten, als hij dat wilde moest hij het hele beest bestellen, een slang van 1,5 kilo. Omdat hij enkel wilde proeven wist hij niet zeker of hij dat nu wel moest doen, het was ook niet helemaal duidelijk of het een hele dure grap zou worden. Inmiddels was één van de medewerkers van het restaurant weggelopen, en verscheen enkele ogenblikken later met een blauwe emmer. Hij wilde kennelijk behulpzaam zijn, en liet ons de slang in kwestie zien.

M. en D. die al een beetje angstig waren over het etentje, stonden verschrikt op en gingen weg. C. gilde het uit bij het zien van de slang, en nam de benen, het restaurant uit, en vluchtte met M. en D het restaurant uit. Er ontstond enorme commotie aan de tafel, S. die naast me zat wilde in alle chaos ook opstaan, maar ik maande haar - en mezelf - rustig te blijven. Rose was helemaal verbouwereerd en was bang dat de vertrokken reisgezellen het restaurant te duur vonden. De medewerkers van het restaurant waren perplex, de arme man wilde behulpzaam zijn maar had blijkbaar door zijn actie drie gasten weggejaagd.
Uiteindelijk wisten we de situatie Rose uit te leggen. We lieten haar ook weten dat we zelf een gerecht uit wilden kiezen. Aan het eind van het verhaal hebben we prima gerechten gekozen, waarop een heerlijke vegetarische voor mij, en het meest exotische was krokodil besteld door R. We hebben heerlijk gegeten en ontzettend gelachen met de lieve Rose, die wellicht haar Engels nog ietwat mag bijspijkeren, maar door haar charme ons wel een enorm leuke, en uiteindelijk gedenkwaardige avond heeft meegegeven. De avond staat bij ons inmiddels bekend als 'het slangenincident.'

Na het eten sprak ik het voorval nog door met de andere groepsgenoten, en ik besloot uiteindelijk een pluchen Panda beer voor haar te kopen in de supermarkt beneden, zodat ze zou weten dat wat er die avond heeft plaatsgevonden, zeker niet haar schuld was. Overigens word je als Westerling nog meer aangegaapt in China als je met een pluchen Panda beer over straat gaat lopen.

19 oktober

Vroeg op voor de boot naar Hong Kong. Ik was weer eens veel te vroeg in de lobby, en raakte aan de praat met twee Chinese dames. We verstonden elkaar voor geen meter, maar door veel wijzen, lachen en gebaren hebben we toch een soort conversatie gevoerd. Ik vind het leuk aan Chinezen dat ze niet opgeven ook al merken ze dat je ze niet begrijpt. In Nederland geven de meesten het meteen op als ze je niet begrijpen. Chinezen niet, die gaan vrolijk door, en blijven gewoonweg optimistisch contact met je maken. Heel leuk vind ik dat. Toen C. M. en D. beneden waren even met ze gepraat over de voorgaande avond en even gerustgesteld dat alles uiteindelijk goedgekomen is.

Uiteindelijk zag ik Rose de lobby binnenrennen, druk bezig met dingen regelen voor de bus naar de haven. Toen ik aan kwam lopen met de Panda keek ze me verbaasd aan, helemaal toen ik haar liet weten dat de Panda voor haar was. Ze reageerde heel enthousiast en knuffelde het beestje, en parkeerde het op de stoel naast haar in de bus. Eenmaal in de haven aangekomen nam ze afscheid van ons, kwam op me afrennen en gaf me een geweldige knuffel. Dat zijn de mooie herinneringen van zo'n reis, zo'n lief gebaar van genegenheid. Ik gloeide er nog een uur van na.

Op de haven verlieten we officieel China, en werd ons visum doorgestreept. In onze paspoorten werden een paar gekleurde stempels gedrukt. De boot naar Hong Kong deed me een beetje denken aan de snelboot naar Terschelling, maar dan op z'n Chinees. Er werd een bizarre Chinese film getoond, waar mannen in opgehangen werden en bekogeld werden met tomaten. Eenmaal aangekomen moesten we weer door de douane heen en ontvingen we weer een aantal stempels en stonden we in Hong Kong. In de middag konden we meegaan op een bus tour door Hong Kong. We wilden dat eerst op eigen houtje doen, met een klein groepje, maar het leek veel duurder en tijdrovender te zijn om alleen te doen.

Achteraf zou dat enorm meevallen, maar goed, de keuze was gemaakt. Onze gids, Matthew, was een beetje een apart type. Een soort Chinese Amsterdammer, die ons in de bus van alles vertelde over de prijzen van Hong Kong als duurste wereldstad. In het begin was het nog wel even grappig om zijn anekdotes aan te horen, maar op een gegeven moment werd iedereen het zat dat die kerel alleen maar over geld kon praten. Hij vertelde niets over de Britse overheersing, de historie van Hong Kong. Alleen maar over geld. Het zegt meer over hem zullen we maar zeggen. De rol van onze reisleider hield in Hong Kong sowieso op, dus waren we overgeleverd aan dit bizarre figuur.



We zijn naar Victoria Peak geweest, waar we mooie foto's van het uitzicht konden maken en ik mezelf nog op een tas getrakteerd heb. Naar de vissershaven Aberdeen geweest, waar we een boottochtje gemaakt hebben, en vertrokken toen naar Stanley's Market. Terwijl de groep ging winkelen waren R. en ik de winkeltjes wel ietwat beu en zijn in plaats daarvan naar het dichtstbijzijnde strand gewandeld, waar ik mijn pootjes nog even in de Zuid Chinese Zee gestoken heb.

Daarna zijn we afgezet bij Nathan Road om de lichtshow te zien. R. had echter nog geen hotel geboekt, gezien hij langer wilde blijven voor familiebezoek, en hij moest dat nu met Matthew regelen. Geen fijne tijd, want in Oktober is er jaarlijks een enorme zakelijke Expo in Hong Kong, en alle hotels, ook ons 5000 kamers tellende Panda Hotel, zaten tjok en tjokvol. Matthew fungeerde als tussenpersoon voor een hotelkamer die al gauw op tussen de 100 - 200 euro per nacht zou kosten, wat R. begrijpelijke hoofdbrekens gaf. Ik bleef een beetje in de buurt, op een of andere manier hoopte ik dat hij R. minder snel af zou zetten als er een dame bij was die alles gade kon slaan. Iets met Chinezen en eer wellicht, al vraag ik me af of de man in kwestie daar veel mee bezig was.

Uiteindelijk heeft R. een kamer geaccepteerd, met de les in zijn hoofd geprent dat hij voortaan beter alles via Djoser van te voren zou moeten regelen. Gezien we zolang bezig waren met onderhandelen en het geld bij elkaar krijgen, wat hij contant moest betalen - PS: dit is allemaal buiten Djoser om - waren we de groep kwijtgeraakt. We besloten eerst een hapje te eten, want ik ging bijna van mijn stokje, en waren uiteindelijk te laat voor de lichtshow, waar we de laatste 2 minuten nog van meekregen. Wat gelopen over de 'Avenue of Stars' de Chinese versie van Hollywood's 'Walk of Fame' en maakten nog wat foto's van de Skyline en Bruce Lee. Met de metro terug was een klein avontuur en veel de weg vragen, maar uiteindelijk kwamen we toch weer bij het Panda Hotel uit.



20 oktober

Onze laatste dag China - euh, Hong Kong. Ik nam in mijn eentje een vroeg ontbijt van een sandwich en een kop cappuccino bij het McCafé bij McDonalds. Daarna R. opgehaald, hij een Chinees ontbijt en beiden een kop Japanse Rode Bonen koffie. Dat hebben we geweten, R. had twee koppen op en we stonden beiden gedeeltelijk strak van de cafeïne. Toch eens opzoeken wat daarin zit, die rode bonen koffie... geen misselijk spul.

Uitgecheckt en samen weer de metro gepakt naar Nathan Road, om daar wat rond te wandelen in de zon. We hadden geen animo meer om van alles te gaan bekijken, op een gegeven moment ben je ook een beetje 'uitgekeken,' mijn laatste dag wilde ik rustig houden, en gezien hij nog vier dagen zou blijven vond hij het ook wel best. Uiteindelijk neergezegen bij de Starbucks, die ik de avond daarvoor gespot had. Uitzicht over Hong Kong, een warme bries in ons gezicht en wuivende palmbomen in het vizier. Niet verkeerd.

Op een gegeven moment zagen we W. en F. voorbij lopen, ook Starbucks lovers, en we wisten hun aandacht vanaf het balkon te trekken. Gezamenlijk wat gedronken en daarna een taxi genomen naar het hotel. Met zijn allen nog bij het zwembad gelegen, en daar S. en C. tegengekomen die er heerlijk lagen te tukken in de luxe zitjes.

Met zijn allen wat wezen eten bij de McDonald's, waar S. me trakteerde op een McFlurry, en niemand F. z'n favoriete toetje uitgelegd kreeg behalve hijzelf. Als straf (?) mocht R. twee toetjes naar binnen werken, zodat hij waarschijnlijk redelijk misselijk bij zijn tante aan zou komen.

Rond 20.00 werd het tijd om afscheid te nemen van R. E. en M. en D.  die allen een verlenging in Hong Kong geboekt hadden. Ons clubje vertrok naar het vliegveld. Wat laatste souvenirs gekocht om het geld kwijt te raken, en de rest heb ik gedoneerd aan een goede doelen bus die bij de gate stond. S. en ik zorgden dat we naast elkaar konden zitten. Om 23.00 vertrokken we. Als afscheid bekeek ik een mooie Chinese film die zich afspeelde in modern Hong Kong, een liefdesverhaal, een kruising tussen een Chinese Bridget Jones en Amelie. Lief. We deden geen oog dicht in het vliegtuig, en iedereen kwam zo brak als een koekje aan op Schiphol om 05.00.

21 oktober


Afscheid nemen van onze groep was best heftig, je hebt toch 17 dagen met elkaar opgetrokken, en met een aantal echt een leuke klik en een band opgebouwd. Door de vermoeidheid voelden we het denk ik minder, waardoor we na een knuffel en een zoen uit elkaar gingen. Toen ik de bagagehal verliet zag ik hem staan, mijn lieve vriend. Met een roosje in zijn hand. Ik was teveel ontdaan van de moeheid en alle indrukken - en niet te vergeten de plotselinge kou in Nederland, na de 28 graden in Hong Kong - dat ik een beetje van de kaart was. Hij reed ons lekker naar huis waar we eindelijk weer samen in slaap vielen.
Ik vind het heerlijk om weer thuis te zijn, maar heb stiekem een beetje heimwee naar dit bijzondere land. Het was een prachtig avontuur, en ik weet zeker dat er nog velen zullen volgen, ik heb de smaak nu zeker te pakken. Door het schrijven van dit reisverhaal heb ik alle plekjes weer even in mijn hoofd kunnen bezoeken, en ik hoop dat ik je een beetje heb kunnen meenemen.

Een reis als deze kan ik iedereen aanraden, ik heb enorm genoten van het land, van de reisgenoten en reisbegeleider en zou zo weer op pad gaan met Djoser. Dat alle excursies vrij te boeken zijn op het moment zelf lijkt in het begin onhandig, maar geeft je enorme vrijheid om per dag te doen wat jij zelf wilt. Als je een dagje ziek, zwak, misselijk of gewoon geen zin hebt ben je helemaal vrij om zelf te doen wat je op die dag wilt.  Het is een ideale manier van reizen gebleken, terwijl ik dat me eerder nog vervelend leek, omdat je wellicht veel bijkomende kosten maakt. Dat is achteraf best meegevallen. China is geen heel duur land.

Bedankt voor het lezen en indien van toepassing: een goede reis gewenst!