Overzicht Egypte rondreizen van Djoser

De Tempels aan de Nijl; Kom Ombo, Edfu & Esna

Tussen de jaren 305 en 50 voor Christus werd Egypte bestuurd de Ptolemeïsche dynastie. Dit waren geen Egyptische farao’s, maar Griekse overheersers die meegekomen waren met Alexander de Grote. Om zich populair te maken bij het Egyptische volk bouwden deze Griekse farao’s de meest fantastische tempels langs de Nijl. Die staan er nog altijd, als stille getuigen van één van de boeiendste periodes in Egyptes lange geschiedenis.


Kleur boven de Nijl

Varend over de Nijl zie je de tempel van Kom Ombo al opdoemen ver voordat je in de buurt bent. De oevers worden hier langzaam hoger en hoger, totdat er kliffen vormen van een meter of vijf. Op de rand staat de tempel, met een prachtig uitzicht over de Nijl en de met palmbomen bezaaide akkertjes. Maar alhoewel het een fraai uitzicht is, zullen de meeste bezoekers al snel hun blik wenden tot het tempelcomplex. De gigantische poort, bekroond met kleurrijke afbeeldingen van cobra’s en zonnen, eist je onverdeelde aandacht. De macht van de farao’s is bijna tastbaar. Direct achter de poort loop je in de schaduw van hoog dak dat ondersteund wordt door enkele gigantische pilaren, bedekt met de figuren van de belangrijkste goden. Zo sta je plots oog-in-oog met een levensgrote afbeelding van de krokodillengod Sobek.

De tempel van Kom Ombo is de enige Egyptische tempel die symmetrisch is gebouwd. Achterin het complex vind je twee aparte altaren, beide in een aparte kamer en alle twee gewijd aan een andere god. De linker kamer staat in het teken van de krokodillengod, en is overal versierd met zijn afbeelding, terwijl de rechter kamer de koningsgod Horus eert, die wordt afgebeeld als een gekroonde valk. Het is verbazingwekkend hoeveel oog voor detail de oude Egyptenaren hadden: op de afbeeldingen van de goden na, zijn deze twee kamers volledig identiek - en alle twee even indrukwekkend.



De best bewaarde tempel van Egypte

Waar de tempel van Kom Ombo je aandacht bedingt, eist de tempel van Edfu onmiddellijk ontzag. De immense pylonen van de poort zijn bij elkaar 76 meter breed 36 meter hoog. Links en rechts op de gevel zie je hoe de farao zijn vijanden neerknuppelt, onder toeziend oog van de god Horus - aan wie de tempel is gewijd. Het zijn gigantische afbeeldingen, met een duidelijke boodschap: aan de macht van de (Griekse) farao’s valt niet te toornen.

De poort komt uit op een groot binnenplein, ommuurd met zuilengalerijen. De grootste pilaren staan voor je: de ‘hypostyle-hal’. Het dak, dat volledig intact is gebleven gedurende de 2300 jaar sinds de tempel is gebouwd, wordt ondersteund door achttien kolossale zuilen. Net als in Kom Ombo zijn ze versierd met de figuren van goden en farao’s. Boven en onder de afbeeldingen vertellen lange reeksen hiërogliefen over de macht en prestaties van de farao’s. Het is een duizelingwekkend geheel. Het heiligste deel van de tempel ligt achter de hypostyle-hal. In de kleine, centrale kamer staat hier het altaar van Horus, duidelijk te herkennen aan de granieten valkenkop die uitsteekt en je streng lijkt aan te kijken. Kleine lampen lichten de kamer voorzichtig op, op de muren staan talloze hiërogliefen die in het gedimde licht bijdragen aan de heilige sfeer. Net zo donker zijn de kleine gangetjes en trappetjes achter het altaar, die je langs mysterieuze standbeelden naar een onverklaarbaar dood einde brengen. Maar dat zal weinig bezoekers storen: het dwalen door een gangenstelsel van duizenden jaren oud is een onvergetelijke ervaring. Met een beetje fantasie kun je de lang vervlogen wierook bijna ruiken, en in de echo’s van de bezoekers het gemompel van de Egyptische priesters herkennen.


Verloren in het zand

Het overgrote deel van zijn geschiedenis was de tempel van Esna verloren geraakt. Het resultaat van duizenden jaarlijkse Nijloverstromingen, die iedere keer een laagje modder met zich mee brachten en langzaam de tempel begonnen te bedekken. Uiteindelijk bleef alleen het dak bleef zichtbaar, alhoewel dat ook langzaam werd afgedekt door het aanwaaiende saharazand. Die dikke laag slib en zand heeft de tempel niet alleen verhuld, maar ook bijzonder goed geconserveerd. Het plafond, de pilaren en de muren: allemaal zijn ze nog met veel kleur versierd. De wijnranken die de top van één van de pilaren versieren, dragen dieprode druiven en groene bladeren, terwijl op het dak duizenden felgele sterren fonkelen in een diepblauwe hemel. De verschillende mythische figuren symboliseren eeuwenoude rituelen: samen vormen ze een kalender van het Egyptische religieuze jaar. De tempel van Esna is een stuk kleiner dan de andere Egyptische tempels: alleen de zuilengalerij heeft de tand des tijds doorstaan. En toch is het een verplichte stop tijdens een tocht langs de Nijl: de fantasieën die in alle andere tempels worden gewekt, met hun grootse architectuur, worden in Esna letterlijk ingekleurd.

Bekijk de Djoser Family-reizen door Egypte.